- 8 - RAADSVOORSTEL vervolg 70 0 het betrokken gebied; 0 een indicatie van de kosten. Uw raad dient, voordat tot feitelijke uitvoering wordt overgegaan, het bekostigingsbesluit vastgesteld te hebben. Vaststelling van de verordening baatbelasting nieuwe stijl De feitelijke verordening baatbelasting (nieuwe stijl) dient vóór invoering van de baatbelasting te worden vastgesteld, goedgekeurd en gepubliceerd. Wij stellen aan uw raad voor om de invoeringsdatum te bepalen op 1 januari 1996, zijnde het moment dat zijnde het moment dat ligt tussen de start van de uitvoering en de afronding van de werkzaamheden. In de verordening dienen ondermeer te worden aangegeven: 0 de uiteindelijke belastingplichtige objekten; 0 de heffingsmaatstaf; 0 het tarief. Geconstateerd kan worden dat de besluitvorming hieromtrent nog kan wachten. Met betrekking tot de belastingplicht verzoeken wij u echter nu reeds om een principebesluit te nemen. De belastingplicht/heffingsmaatstaf dient namelijk objectief te worden vastgesteld. Dit betekent dat voor wat betreft het belastingplichtig zijn c.q. de heffingsmaatstaf geen relatie mag worden gelegd met het individuele subjectieve besluit dat van een onroerende zaak wordt gemaakt: de objectieve bestemming moet als uitgangspunt worden genomen. Om deze reden is door KAFI-advies geadviseerd om met betrekking tot de belastingplicht aan te sluiten bij de in het nog op te stellen bestemmingsplan opgenomen bestemming "centrumvoorziening". Dit betekent dat alle in het bestemmingsplan aangeduide objekten met deze bestemming binnen het heffingsgebied voor aanslagen in aanmerking komen, tenzij de verplichting door middel van een private overeenkomst wordt voldaan. Uw raad wordt gevraagd vooruitlopend op het vaststellen van het bestemmingsplan accoord te gaan met het opnemen van de bestemming centrumvoorziening in dit bestemmingsplan en de belastingplicht binnen de verordening baatbelasting nieuwe stijl te koppelen aan deze bestem ming. Voorts dient te worden opgemerkt dat de invoering baatbelasting nieuwe stijl afhankelijk is van de inwerkingtreding van de wet "wijzi ging materiële belastingbepalingen van de Gemeentewet", welk wetsvoor stel op dit moment bij de Eerste Kamer ligt. Naar verwachting zal de wet in werking treden met ingang van 1 januari 1995. Dit betekent dat de baatbelasting nieuwe stijl, zoals deze in de verordening omschreven zal worden, kan worden ingevoerd. C.4 Delegatie In het kader van de uitvoering dienen nog de nodige overeenkomsten te worden aangegaan onder meer betrekking hebbend op de nutsvoorzieningen, aanbestedingen en baathebbende objecten, een an ander zoals o.a. nader omschreven in het Uitvoeringsplan. Voorgesteld wordt de bevoegdheid daartoe, met inachtneming van het bepaalde in artikel 156, tweede lid, van de Gemeentewet, aan het kollege van burgemeester en wethouders te delege ren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1994 | | pagina 472