2
Raadsvoorstel vervolg/1 02
Motivering/Toelichting
In het voorstel van januari 1994 m.b.t. deeltaxi 1994 is reeds melding gemaakt van de
voorlopige vorm waarin Deeltaxi Breda zich nu bevindt. Gekonstateerd is dat het deeltaxi-
systeem een belangrijke rol kan vervullen als vervoersvoorziening in het kader van de wet
voorzieningen gehandicapten. De verdere conclusies waren dat nadere studie noodzakelijk is
waarbij de afstemming met andere gemeenten van groot belang is.
De in de inleiding genoemde startnotitie ruimt ook een belangrijke plaats in voor nog een
tweetal aspecten:
a) de integratie van de verschillende deelmarkten;
b) de haalbaarheid van een regionaal vervoerdienstencentrum.
ad a) de integratie van de verschillende deelmarkten.
In de studies over het aanvullend openbaar vervoer wordt steeds gewag gemaakt van de
samenhang met andere vormen van doelgroepenvervoer. De genoemde andere vormen zijn:
1. het leerlingenvervoer.
De kosten voor exploitatie van het materieel voor het leerlingenvervoer worden geheel
toegerekend aan de uren dat dit materieel in gebruik is. De rest van de tijd staat dit
materieel stil (veelal na 15.00 uur s'middags). Toch blijkt het tot op dit moment nauwelijks
mogelijk leerlingenvervoer met vervoer in het kader van de WVG te combineren.
2. "zorg"vervoer.
Nu al, zij het op beperkte schaal, is sprake van substitutie van WVG-middelen naar "zorg-
vervoer". Inmiddels zijn er kontakten gelegd met de zorgverzekeraar AZWZ/ZHE om tot
afspraken te komen. Deze zorgverzekeraar heeft een vervoersovereenkomst voor 1994
lopen. Ook met de andere zorgverzekeraars zal overleg worden geopend. Getracht zal
worden m.i.v. 1995 samenwerkingsafspraken te maken die mogelijk kunnen leiden tot
medefinanciering van het aanvullend collectief vervoer.
3. vervoer BSW.
De gemeente Breda is verantwoordelijk voor het vervoer van gehandicapten van en naar de
sociale werkplaats. Dit vervoer wordt in Breda al zo goed mogelijk gecombineerd met het
leerlingenvervoer. Het ligt echter ook voor de hand deze vervoersplicht te betrekken bij de
vervoersplicht die gemeenten in het kader van de WVG voor gehandicapten in het algemeen
hebben.
Naast het verminderen van de mobiliteitsproblematiek van ouderen en gehandicapten en
andere doelgroepen kan kleinschalig personenvervoer eveneens een functie vervullen als
aanvulling op c.q. vervanging van het reguliere vervoer op de uren van een zeer geringe
vervoersvraag. Deze functie wordt naar verwachting over 1 2 jaar zeer aktueel.
ad b) de haalbaarheid van een regionaal vervoerdienstencentrum.
Bij dit onderzoek gaat het om het krijgen van een beeld van kansen en mogelijkheden voor
het vormgeven van een regionaal dienstverleningscentrum ten behoeve van het personenver
voer op een regionale schaal. De ontwikkeling van het kleinschalig personenvervoer is
daarvan in sterke mate afhankelijk. Het verkeer- en vervoerbeleid kent een aantal aspecten
van dienstverlening die nu nog versnipperd zijn. De volgende voorbeelden zijn te geven:
