Gemeente Breda
Raadsvoorstel 1994/
Registratienummer 94703106
Dienst/afdeling ROEZ/JZ
Aantal bijlagen
Betreft: Het voeren van een drietal artikel 19 W.R.O.-procedures.
Inleiding
Op 18 en 21 april 1994 zijn bij ons ingekomen aanvragen om bouwvergunningen van:
1. Ouwehand Bouwprojekten B.V. voor de bouw van 39 appartementen, parkeergarage en
kantoorruimte aan de Baronielaan 22-24*.
2. Klaver Zeegers V.O.F. voor de bouw van 3 aaneengebouwde vrije sector woningen aan
het Spank*.
3. Klaver Zeegers V.O.F. voor de bouw van 3 aaneengebouwde vrije sector woningen aan
de Putakker*.
De bovengenoemde bouwplannen zijn respectievelijk gelegen in het bestemmingsplan
Baronielaan met de geldende bestemming Heerenhuizen, het bestemmingsplan Haagse
Beemden Oost 1969/1 met de geldende bestemming woonbebouwing klasse M I en het
bestemmingsplan Kievitsloop-Gageldonk Zuid II met de geldende bestemming woondoelein-
den Eo. De bouwplannen zijn niet in overeenstemming met de voorschriften van de geldende
bestemmingsplannen.
Uw raad heeft op 29 maart 1994 een voorbereidingsbesluit voor de hiervoor genoemde
bouwlocaties genomen. Er zijn nog geen nieuwe bestemmingsplannen vastgesteld.
Voorstel
Te besluiten om:
1. ten behoeve van het op 18 april 1994 ingekomen bouwplan van Ouwehand Bouwprojekten
B.V. voor de bouw van 39 appartementen, parkeergarage en kantoorruimte aan de Baronie
laan 22-24 de procedure artikel 19a WRO te voeren;
2. ten behoeve van het op 21 april 1994 ingekomen bouwplan van Klaver Zeegers
V.O.F. voor de bouw van 3 aaneengebouwde vrije sector woningen aan het Spank de
procedure artikel 19a WRO te voeren;
3. ten behoeve van het op 21 april 1994 ingekomen bouwplan van Klaver Zeegers
V.O.F. voor de bouw van 3 aaneengebouwde vrije sector woningen aan de Putakker de
procedure artikel 19a WRO te voeren.
Motivering/Toelichting
Artikel 18, lid 2 Besluit op de Ruimtelijke Ordening (B.R.O.) bepaalt dat elk verzoek om
een bouw- of aanlegvergunning, dat slechts kan worden ingewilligd na verlening van
vrijstelling als bedoeld in de artikelen 17 tot en met 19 van de Wet op de Ruimtelijke
Ordening (W.R.O.), mede aangemerkt wordt een vrijstellingsverzoek in te houden.
De verzoeken om bouwvergunningen van de hierbovengenoemde aanvragers moeten dus
tevens beschouwd worden als verzoeken om vrijstellingen ex artikel 19 W.R.O..
