4
Raadsbesluit vervolg/11 6
ARTIKEL 4 Wijze van toerekening naar mate van profijt.
1. Voor de toerekening van het profijt wordt als rekeneenheid gebruikt het gemiddelde
bedrag van de ten nutte van het exploitatiegebied gemaakte of te maken kosten per m2
grondoppervlakte.
2. Onder de grondoppervlakte wordt verstaan de kadastrale oppervlakte van de onroerende
zaken, waar mogelijk ingedeeld naar de in een bestemmingsplan opgenomen geprojecteerde
kavels (bouw)grond, vermenigvuldigd met factoren voor ligging en bestemming en
objectieve gebruiksmogelijkheid, waarin het profijt van de van gemeentewege getroffen
voorzieningen van openbaar nut tot uitdrukking komt.
3. Ingeval de toerekening op basis van m2 grondoppervlakte geen geschikte grondslag blijkt
te zijn, geschiedt de toerekening op basis van een nader door de gemeenteraad te bepalen
grondslag welke voorziet in de aanwezige verschillen in profijt.
ARTIKEL 5 Vaststelling exploitatiebijdrage.
1. De exploitant betaalt als bijdrage in de kosten, verband houdende met het verlenen van
medewerking aan het in exploitatie brengen van gronden, het bedrag dat volgens de in het
aangevulde bekostigingsbesluit uitgewerkte wijze aan zijn onroerende zaak wordt toegere
kend, vermeerderd met de kosten op de afstand van de gronden bestemd voor de aanleg
en/of aanpassing van voorzieningen van openbaar nut vallende en de kosten van kadastrale
uitmeting, en verminderd met de inbrengwaarde van de bij de exploitant in eigendom zijnde
en voor exploitatie bedoelde gronden en van de gronden welke zijn bestemd voor het
treffen van voorzieningen van openbaar nut en door exploitant aan de gemeente worden
afgestaan.
2. De waarde van de in het eerste lid bedoelde grond die door de exploitant is ingebracht,
wordt door de gemeente en de exploitant gezamenlijk door middel van taxatie vastgesteld.
Indien hierover geen overeenstemming kan worden bereikt, wordt deze waarde vastgesteld
door een commissie van drie deskundigen, van wie één aan te wijzen door de gemeente,
één door de exploitant en een derde door de beide reeds aangewezen deskundigen of, indien
zij het daarover niet eens kunnen worden, door de ter zake bevoegde kantonrechter.
3. Indien de exploitant zelf conform artikel 6, derde lid, onder e. voorzieningen van
openbaar nut aanlegt, bestaat de exploitatiebijdrage uit de bijdrage, zoals deze op grond van
het eerste lid van dit artikel wordt bepaald, verminderd met de kosten van de door exploi
tant uit te voeren werkzaamheden, voor zover deze kosten corresponderen met de
begroting van kosten zoals bedoeld in artikel 3, tweede lid, onder e.
ARTIKEL 6 Inhoud exploitatieovereenkomst.
1Het verhaal van kosten verband houdende met het verlenen van medewerking aan het in
exploitatie brengen van gronden vindt plaats met inachtneming van de voorgaande artikelen.
Van de exploitatieovereenkomst wordt een akte opgemaakt. Indien de exploitatieover
eenkomst mede een grondtransactie betreft, is dit een notariële akte.
2. Burgemeester en wethouders beslissen tot het aangaan van een exploitatieovereenkomst
slechts nadat een aangevuld bekostigingsbesluit is vastgesteld.
3. De exploitatieovereenkomst bevat in ieder geval bepalingen over:
a. de aard, omvang en kwaliteit van de door de gemeente of exploitant aan te leggen
voorzieningen van openbaar nut;
b. het tijdvak waarbinnen deze voorzieningen worden uitgevoerd;