Gemeente Breda
Raadsvoorstel 1994/ 128
Registratienummer 946501835
Dienst/afdeling BD/BZ
Aantal bijlagen Geen
Betreft: Wijziging Verordening op de gemeentelijke identiteitskaart
i.v.m. de invoering van de Wet op de identificatieplicht op 1 juni 1994.
Op 1 juni 1994 zal Wet op de identificatieplicht in werking treden. In
deze wet is geregeld, dat burgers vanaf 12 jaar zich in bepaalde
gevallen moeten kunnen identificeren. Eén van de hiertoe aangewezen
identiteitsbewijzen is de gemeentelijke identiteitskaart.
De grondslag voor het verstrekken en uitreiken van een gemeentelijke
identiteitskaart is in Breda neergelegd in de Verordening op de
gemeentelijke identiteitskaart, welke bij raadsbesluit van 17 december
1992 is vastgesteld.
Als gevolg van de invoering van bovengenoemde wet dient deze
verordening aangepast te worden voor wat betreft de afgifte van de
gemeentelijke identiteitskaart aan minderjarigen.
1. De Verordening op de gemeentelijke identiteitskaart als volgt te
wijzigen:
Artikel 13 komt als volgt te luiden:
"Indien de aanvrager de leeftijd van twaalf jaren nog niet heeft
bereikt, moet de aanvrager een verklaring van toestemming overleggen
van degene(n) die de ouderlijke macht uitoefen(t)(en) of van de
voogd."
2. Te bepalen dat dit besluit in werking treedt op de achtste dag na
die waarop zij is bekend gemaakt.
Motivering/Toelichting
In de Verordening op de gemeentelijke identiteitskaart is in artikel 13
bepaald, dat als de aanvrager minderjarig is, deze een verklaring van
toestemming moet overleggen van degene(n) die de ouderlijke macht
uitoefen(t)(en) of van de voogd. Deze eis verdraagt zich niet met de
verplichting dat per 1 juni 1994 burgers vanaf 12 jaar zich bij
bepaalde gelegenheden moeten kunnen identificeren.
Betreffend artikel zal dan ook zodanig aangepast moeten worden, dat
het toestemmingsvereiste slechts zal gelden voor burgers tot 12 jaar.
Consequenties
Inleiding
Voorstel
Geen