2
Raadsvoorstel vervolg/
Motivering/T oelichting
Verlenging van de proef tot 1 oktober 1994
Volgens de met S.V.M. gesloten overeenkomst zou de proef met het gescheiden inzamelen
van huishoudelijk afval, waaronder het verpakkingsmateriaal, per 1 juli 1994 worden
beëindigd. Na deze datum zouden partijen op basis van een evaluatie van de proef nader
besluiten of de met Model Breda gekozen inzamelmethodiek zou kunnen dienen als landelijk
voorbeeld, afgezet tegen andere beproefde modellen binnen het kader van het door het
Ministerie van V.R.O.M. opgezette aktieprogramma Afvalscheiding Droge Componenten
(A.D.C.). Om reden dat de besluitvorming door uw raad op zijn vroegst op 30 juni 1994
kan plaatsvinden en ook de besluitvorming m.b.t. de keuzemodellen binnen het A.D.C.-
programma eerst in september 1994 wordt afgerond is nader overleg gevoerd met de
S.V.M. en het Ministerie van V.R.O.M. Betrokken partijen zijn tot de conclusie gekomen
dat het, om tot een verantwoorde afbouw van de proef te komen, noodzakelijk is deze proef
tot 1 oktober 1994 te verlengen.
De gemeente is, gelet ook op het feit dat de vakantieperiode voor de deur staat, dan in de
gelegenheid de burgers op een adequate wijze te informeren over de manier waarop het
inzamelsysteem nu definitief vorm gaat krijgen en wat er op rijksniveau besloten wordt, met
betrekking tot het beleid ten aanzien van de verpakkingsfractie.
Het merendeel van de kosten, welke aan de verlenging van de proef verbonden zijn, hebben
de S.V.M. en het Ministerie van V.R.O.M. voor hun rekening genomen. Bij het onderdeel
financiële consequenties zullen wij hierop nader ingaan.
Evaluatie rapport
De proef met Model Breda heeft zeer veel bruikbare informatie opgeleverd m.b.t. de
gekozen inzamelmethodiek, het toegepaste nascheidingssysteem voor de verpakkingsfractie
en de ervaringen van de burgers. Deze informatie is neergelegd in een evaluatierapport*.
Gebleken is dat met het gekozen inzamelmodel een ombuiging bereikt wordt van ca. 60%
d.w.z. dat gemiddeld 60% van het huishoudelijk afval gescheiden wordt ingezameld en
wordt ingezet voor hergebruik.
De herverwerking van verpakkingsmaterialen levert met uitzondering van metalen en
aluminium problemen op. De lage respons, de mate van verontreiniging, het geringe
hergebruikersrendement en de hoge kosten voor inzameling en nascheiding brengen met
zich mee dat herverwerking van de nagescheiden materiaalstromen markteconomisch niet
haalbaar is.
Voor het overige heeft Model Breda zich bewezen als een bedrijfsecomisch verantwoord en
doelmatig inzamelsysteem dat voldoende draagvlak heeft van de Bredase burger.
Dit draagvlak is er ook voor de verpakkingsfractie. De scheidingsregel is evenwel moeilijk
aan de burger uit te leggen.
Resumerend kan worden gesteld, dat de in de overeenkomst geformuleerde doelstellingen
met het gekozen inzamelsysteem worden gehaald met uitzondering van die voor de
verpakkingsfractie, welke met behulp van de zak wordt ingezameld. Het is daarom
noodzakelijk de inzamelstructuur nu definitief vast te stellen en de periode met proefnemin
gen op het vlak van gescheiden inzameling af te sluiten. In het verlengde van het afsluiten
van de proef moet nog een beslissing genomen worden over het aangaan van een overeen
komst over de inzameling en bewerking van glas en over de afzet en bewerking van oud
papier/karton.