11 Raadsvoorstel vervolg/ 239 overigens voldoet aan de uitgangspunten van de ecologische hoofdstruc tuur. Er wordt een groene (natuur) buffer teruggebracht, waarvan de vorm is bepaald door bestaande landschappelijke elementen (bomen, water) Op wezenlijke gronden wordt de geleidelijke overgang van Mastbos naar bestaande bebouwing nauwelijks veranderd. Voor de realisering van de woningen zal te zijner tijd een bestaande, oude fruitboomgaard gekapt dienen te worden, echter zoals reeds eerder gesteld vindt er geen wezenlijke aantasting van de ecologische hoofd structuur plaats. In het ontwerpplan wordt uitgegaan van het gemeentelijk parkeerbeleid zoals geformuleerd in de nota "Navigeren in parkeren" van december 1993. Ten aanzien van woningbouw (type vrije sector in woonwijken) geldt hiervoor een parkeernorm van 1,3 parkeerplaats/woning. In deze norm zit in principe de parkeercapaciteit voor zowel bewoners als bezoekers. In de toelichting bij het ontwerpplan staat dat de parkeervoorzienin gen, uitgaande van de norm 1,3 parkeerplaats/woning, dienen te worden gerealiseerd op eigen terrein en dat het voor bezoekers aanbeveling verdient om in de openbare ruimte langs de laan nog een beperkt aantal extra parkeerplaatsen voor bezoekers te realiseren. Hiermede komt de totale parkeercapaciteit wat hoger uit dan gemiddeld wordt gehanteerd bij nieuwbouw. In de toelichting van het bestemmingsplan (hoofdstuk 7) wordt uitvoe rig ingegaan op de huidige en toekomstige waterhuishouding. In een bestemmingsplan wordt de regeling van de waterhuishouding niet vastge legd middels voorschriften, doch in de fase van het bouwrijpmaken wordt een rioleringsplan gemaakt en uitgevoerd. Met bestaande proble men en te verwachten problemen wordt dan zoveel als mogelijk is rekening gehouden. Ten aanzien van de opmerkingen over overlast door licht en geluid van de hockeyclub kan het volgende gesteld worden. In het kader van de Nieuwe Wet Milieubeheer kan de veroorzaker van (eventuele) hinder bij een milieuvergunning verplicht worden tot het aanbrengen van voorzieningen. Zie hiervoor ook het gestelde onder ad 3. Voor wat betreft de eventuele milieu-overlast van de manege blijkt uit jurisprudentie dat, ter voorkoming van overlast minimaal 50 meter afstand aangehouden moet worden. In casu echter is de afstand ongeveer 250 meter van de geplande woningbouw, zodat voor overlast van de manege niet gevreesd hoeft te worden. De ontsluiting van het nieuwe woongebied is zodanig dat het nieuwe verkeer zo minimaal mogelijk over de bestaande woonstraten (van Schrauwenhof en Montenslaan) wordt afgewikkeld: de ontsluiting gebeurd

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 1468