20
Raadsvoorstel vervolg/ 240
bij de overgangsbepalingen opgenomen.
Overgaan tot honorering van deze zienswijze zou erop neer komen,
dat tot een bestemming per pand zou moeten worden overgegaan.
Daarmee zou in sterke mate afbreuk worden gedaan aan de sturings
mogelijkheden die met dit bestemmingsplan worden beoogd en tot
een te eng keurslijf voor de, ook economisch belangrijke, bin
nenstad van Breda.
De huidige situatie zal op de kaart bestemmingen en de lijst van
afwijkende functies worden opgenomen.
b. Ook bij het pand Grote Markt 22 zal de huidige situatie op de
kaart bestemmingen en de lijst van afwijkende functies worden
opgenomen
c. In 1984 zijn door diverse horecabedrijven aan de Grote Markt
winterterrassen gebouwd. Bij brief van 21 november 1984 is aan
deze bedrijven medegedeeld, dat de aanwezige winterterrassen
zouden worden gedoogd, tot aan het tijdstip, waarop een ontwerp-
bestemmingsplan voor de Grote Markt en omgeving ter visie zou
worden gelegd. In dat bestemmingsplan zou het in de tussentijd te
ontwikkelen beleid worden vastgelegd.
Inmiddels is dit gebeurd en kan de reclamant rechten ontlenen aan
hetgeen in dit bestemmingsplan is bepaald. De rechterlijke uit
spraak die in de zienswijze wordt aangehaald bepaalt uitsluitend,
dat in 1994 de gedoogperiode nog niet was afgelopen, zodat de
herbouw van het afgebrande winterterras niet kon worden tegenge
gaan. Deze uitspraak geeft het bedrijf geen andere rechten, dan
in het ontwerp-bestemmingsplan zijn aangegeven. Dit ontwerp be
stemmingplan is gebaseerd op het raadsbesluit van 23 februari
1995, inzake beleid voor winterterrassen.
Voorstel
Zienswijze ten dele gegrond verklaren en het bestemmingsplan aanpassen
door aanvulling van de kaart bestemmingen en de lijst van afwijkende
funkties met de functie Horeca III in de panden Grote Markt 20 (ver
dieping) en Grote Markt 22 (begane grond).
21Ondernemers Grote Markt Zuid.
H. Ackermans, Grote Markt 15. 4811 XL BREDA
Zienswijze
De op het zuidelijk deel van de Grote Markt gevestigde winkeliers en
horeca-ondernemers kunnen zich vinden in het beleid, dat voor dat
gedeelte van de Grote Markt in dit bestemmingsplan is omschreven. Zij
wijzen er op, dat de wijze van opstelling van de marktkramen (met de
achterzijde naar de winkels en horecabedrijven toe) afbreuk doet aan