4 Raadsvoorstel vervolg/ 262 zet. De notitie van de samenwerkende instellingen biedt hiervoor goede inhoudelijke aanknopingspunten. Uw raad heeft besloten in het Bestedingsplan Sociale Vernieuwing 1996 middelen 150.000,-) te reserveren om de inpassing van de projecten in het totaal van de maatschappelijke opvang soepel te laten verlopen. Wij begrijpen dat het voorgaande behoorlijke inspanningen van de samenwerkende instellingen en projecten vergt. Ter ondersteuning en slechts op voorwaarde dat de samenwerkende instellingen op korte ter mijn een structureel plan presenteren, waarbij de projecten opgenomen zijn in het totaal-aanbod, stellen wij voor deze middelen in te zetten voor frictiekosten, zoals voor personeel en huisvesting. Wij geven hoge prioriteit aan het zo snel mogelijk realiseren van een structure le oplossing voor de projecten. Wij hebben de samenwerkende instellin gen reeds verzocht daaraan eveneens hoge prioriteit te geven. De instellingen hebben inmiddels toegezegd de coördinatie-functie van de passantenopvang zelf in te vullen. Over de herhuisvesting van het passantenverblijf vindt reeds lange tijd overleg plaats tussen instel lingen en gemeente. Een conclusie uit dit overleg is dat een structu rele oplossing voor de huisvesting van het passantenverblijf op korte termijn niet te verwachten is. Op dit moment wordt gezamenlijk ge ïnventariseerd wat de kosten zijn van semi-permanente huisvesting. Bovendien vindt overleg plaats over een geschikte lokatie. Wij zijn voornemens begin 1996 concrete voorstellen met betrekking tot de financiering en lokatie van het passantenverblijf, ter besluitvorming aan uw raad voor te leggen. Afloop TWSSV per 1-1-1997 De TWSSV heeft een looptijd tot 1-1-1997. Het Fonds Sociale Vernieu wing, waar de uitkering maatschappelijke opvang een onderdeel van vormt, wordt dan overgeheveld naar het Gemeentefonds. Dit zal grote negatieve gevolgen kunnen hebben voor de instellingen voor maatschap pelijke opvang in de regio Breda. Wij hebben deze problematiek nadruk kelijk aangekaart bij de verantwoordelijke bewindspersonen in een brief d.d. 31 mei 1995 Naar aanleiding van deze brief heeft staatssecretaris Terpstra aangegeven dat dergelijke consequenties zeer onwenselijk zouden zijn. Zij heeft een speciale commissie de opdracht gegeven voorstellen te ontwikkelen om de negatieve consequenties tegen te gaan. Inmiddels heeft de Raad voor de Gemeentefinanciën op 14 augustus 1995 advies uitgebracht over de voorstellen van de staatssecretarissen van het Ministerie van Binnenlandse Zaken voor bedoelde overheveling. De Raad adviseert een overgangsperiode van 4 jaar (1997-2000) in te stellen, waarin de huidige middelen via het Gemeentefonds door middel van een specifieke uitkering aan centrumgemeenten worden betaald. De overgangsperiode is bedoeld om te komen tot een structurele situatie in het jaar 2001, waarin de middelen herverdeeld zullen zijn. Hoewel volgens de Raad het door hun gekozen alternatieve verdeelmodel de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 1614