Bijlage bij raadsvoorstel en -besluitnr. 273
18
TOELICHTING OP DE SUBSIDIEVERORDENING BOUWEN EN WONEN 1995
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 11
a. Geldelijke steun wordt in de stadsvernieuwing vooral verleend ten
behoeve van bouwactiviteiten. Andere activiteiten kunnen ook voor
geldelijke steun in aanmerking komen, zoals welzijnsvoorzieningen of
bewonersondersteuning. Om deze reden wordt over "activiteiten" gespro
ken. Daaronder vallen zowel bouwactiviteiten als andere activiteiten.
b. De omschrijving van het begrip bedrijfsresultaat is gekozen in
plaats van het verwarrende begrip "winst". Bij kleine bedrijven lopen
het begrip "winst" en het begrip "ondernemersinkomen" nogal eens door
elkaar. Om deze reden is voor het begrip "bedrijfsresultaat" gekozen.
Het resultaat staat pas vast nadat de belastingaanslag definitief is.
Dat kan op een later moment het geval zijn dan de aanvraag om gelde
lijke steun.
Indien de grondslag voor de berekening van de inkomstenbelasting of de
vennootschapsbelasting op het moment van het nemen van het besluit van
burgemeester en wethouders inzake de steunverlening nog niet is
vastgesteld, zal moeten worden volstaan met een zo goed mogelijke
benadering van deze grondslag.
c. In het door burgemeester en wethouders vastgestelde "Programma van
eisen (PvE)" wordt vastgesteld waaraan een gebouw moet voldoen wil er
sprake zijn van een veilig casco.
Tot bouwkundige voorzieningen aan het casco zijn onder meer te reke
nen:
1. fundering;
2. dragende muren, gevels, buitenkozijnen met ramen en deuren;
3. dakconstructies incl. dakbedekking en dakkapellen;
4. rookkanalen, binnen- en buitendaks;
5. riolering;
6. elektrische installatie;
7. buitenschilderwerk.
e. Kamerverhuur door de eigenaar-bewoner of door de huurder wordt niet
tot kamerverhuur gerekend. Het betreft hier verhuurders die één of
meer woningen kamergewijs verhuren.
f. Onder kosten van een bouwplan worden in elk geval de investerings
kosten verstaan volgens NEN 2631 (1979): "Investeringskosten van
gebouwen". Deze omvatten een omschrijving van de grondkosten, de
bouwkosten, de inrichtingskosten en de bijkomende kosten. Tot de
grondkosten worden gerekend de verwervingskosten (aankoopsom, notaris,
verschuldigde belastingen e.d.), kosten van noodzakelijke infrastruc-
