4 Raadsvoorstel vervolg/ 57 Communicatie De verordening en de toelichting daarop zijn tot stand gekomen in nauw overleg met de Kamer van Koophandel, die al in 1992 haar eerste gedachten over de aanpassing van de winkelsluitingswet richting gemeente kenbaar heeft gemaakt. De Kamer heeft nader overleg gevoerd met de Cie. waardoor met de lokale organisaties van het bedrijfsleven overeenstemming is bereikt over de inhoud van de veror dening!*) Bij schrijven van 30 augustus 1994 heeft het Interkerkelijk Contact in Overheidszaken haar bezorgdheid uitgesproken over de verruiming van de winkel-openstellings-mogelijkheden op zondag en die verruiming een ongewenste ontwikkeling genoemd. De religieuze en sociale betekenis van de zondag komt volgens het Interkerkelijk Contact in het geding. Een en ander is nader uitgewerkt in de brochure "Kerken, overheid en zondagsrust Wij zijn van mening, dat waar het hier gaat om een zeer geringe wijziging van de openstellings-mogelijkheden op de zondagen - zeker in vergelijking met de eerder genoemde discussies over aanzienlijk verdergaande verruiming - het belang van consumenten en ondernemers zwaarder weegt. Voorgesteld wordt dan ook gebruik te maken van de mogelijkheden van de nieuwe Winkelsluitingswet. Bij schrijven van december 1994 verzoekt de Nederlandse Vereniging tot Bevordering van de Zondagsrust en de Zondagsheiliging het college en de leden van de raad geen toestemming te verlenen tot openstelling van winkels op zondag(*). Ons standpunt hierover is gelijkluidend aan dat over het verzoek van het Interkerkelijk Contact. Inspraak nvt. Commissiebehandeling De commissie Onderwijs, Cultuur en Economische Zaken kan zich met dit voorstel verenigen. Burgemeester en wethouders van Breda,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 360