Gemeente Breda Raadsvoorstel 1995/ 61 Registratienummer 958000501 Dienst/afdeling SAW/Welzijn Aantal bijlagen Betreft: NOTITIE KINDEROPVANG EN NIET-INGEBOUWD PEUTERSPEELZAALWERK 1995 Inleiding In de afgelopen jaren heeft het kinderopvangbeleid onder invloed van de achtereenvolgende rijksstimuleringsmaatregelen en een voortvarend gemeentelijk beleid een enorme ontwikkeling doorgemaakt. Nu treedt de periode aan waarin het beleid geconsolideerd moet worden. In samenhang hiermee rapporteren wij over de geboekte voortgang en verzoeken u op een aantal punten richtinggevende besluiten te nemen. Voorstel 1. Onder kinderopvang wordt verstaan: "het in georganiseerd verband tegen vergoeding op pedagogisch verantwoorde wijze verzorgen van kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 12 jaar door anderen dan de eigen ouders, pleeg- of stiefouders op uren dat deze zelf hiervoor wegens werk of studie niet beschikbaar zijn" 2De subsidieverlening aan het COKB richt zich op het instandhouden van de volgende aantallen gesubsidieerde plaatsen: Dagopvang 151 a 15.000,- Buitenschoolse opvang 130 a 10.000,- Gastouderopvang 52 a 2.125,- Peuteropvang 119 a 13.568,- De kostprijs wordt jaarlijks geïndexeerd. Daarnaast worden er bij de Stichting Basiseducatie 14 plaatsen gesubsidieerd voor aktiviteitengebonden kinderopvang. 3Bevorderd wordt dat het aantal beschikbare kindplaatsen in de kinderopvang gelijke tred houdt met de bevolkingsontwikkeling van Breda. De groei van het aantal kindplaatsen zal geheel door bedrijfsplaatsen en kostendekkend moeten worden gerealiseerd. 4. Bedrijfsplaatsen dienen door de COKB tenminste kostendekkend ge ëxploiteerd te worden. Dit betekent dat met ingang van 1996 de kosten van huisvesting in de prijs van bedrijfsplaatsen worden doorberekend 5. De subsidieregeling voor bedrijfsplaatsen blijft in 1995 gehand haafd. In 1996 en daarna wordt deze subsidieregeling afgebouwd voorzover dit mogelijk is binnen de voorwaarden van het rijksbe leid.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 385