4
Raadsvoorstel vervolg/71
Deze relaties zullen in de toekomst alleen maar in belang toenemen
(denk aan relatie met stadsontwikkeling, maar ook aan die met het
bedrijvenbeleid)
Te wijzen valt op raakvlakken, zoals:
stadsontwikkeling en milieu (duurzame stadsontwikkeling/DUSO,
bodemsanering en ontwikkeling bouwlokatiesmilieuzonering en
bedrijfsterreinen, ecologie en water, geluidhinder, milieu-effect-
rapportages en grote projecten enz
ruimtelijke ordening en milieu (bestemmingsplannen en milieu
paragraaf)
wettelijke koppeling tussen milieuvergunning en bouwvergunning;
volkshuisvesting en milieu (duurzaam bouwen)
verkeer en vervoer en milieu (verkeersmilieukaart, vervoers-
aspecten)
milieu en bedrijvenbeleid (economisch vestigingsbeleid, bedrijfs-
begeleiding en milieuzorg, toepassing regelgeving, verplaatsing/
regulering milieuhinderlijke bedrijven enz.);
bodembeleid en bouwen (schone grondverklaringsanering in eigen
beheer, actief bodembeheer, ontwikkeling naar grondstoffenbeheer)
bodembeleid en grondbedrijf;
handhaving milieuregelgeving/bouwregelgeving.
Consequenties
Financieel: Aan de integratie wordt de randvoorwaarde meegegeven dat
deze budgettair neutraal plaats vindt.
Organisatie: Een en ander vindt plaats zoals in het voorgaande is
aangegeven
Personeel: Bij personele gevolgen is het gestelde in het Sociaal
Statuut, zoals dat is vastgesteld in de raadsvergadering van 29-4-1993
van toepassing
De Commissie voor Gemeentelijk Overleg in Personeelszaken is over het
principebesluit in november 1994 hierover geïnformeerd en zal m.b.t.
de uitwerking op de eerstvolgende vergadering op de hoogte worden
gesteld
Communicatie
De direct intern betrokkenen (MC's en medewerk(st)ers Milieudienst en
RO/EZ) zijn na het collegebesluit mondeling en/of schriftelijk ge-
informeerd.
Aangaande de brief van de m.c. d.d. 9 februari 1995 verwijzen wij naar
onze antwoordbrief