2
Raadsvoorstel vervolg/ g3
2. Project "Vangnet"- preventief arbeidsmarktbeleid in de praktijk
Binnen het samenwerkingsverband van zeven scholen voor voortgezet
onderwijs in het OVG is een hoge concentratie van zgn. "risicoleerlin
gen", welke om uiteenlopende redenen (persoonlijk, sociaal-cultureel,
etc.) een verhoogde kans maken op tussentijdse schooluitval. In het
verleden is binnen deze scholen het Preventieproject Kompas actief
geweest. Dit project beoogde door de inzet van preventiemedewerkers
drop-outgedrag te voorkomen en de opname van drop-outs door de ar
beidsmarkt te bevorderen. De in dit project opgebouwde expertise
vormde de basis voor het "Vangnet"projeet
Het verschil en de meerwaarde van "Vangnet" ten opzichte van haar
voorganger bevindt zich in de substantiële bijdrage van het onderwijs.
Deze bestaat uit:
scholen investeren substantieel in het voorkomen van drop-outgedrag
en maken die inzet ook zichtbaar en toetsbaar;
er wordt op alle scholen een sluitende structuur gecreëerd waar alle
(dreigende) probleemgevallen worden ingebracht en afspraken over
verdere actie worden gemaakt
3. Inzet scholen
Uitgangsstelling is dat het tot de reguliere taak van scholen behoort
om (risico)leerlingen voor tussentijdse uitval te behoeden. Ervaringen
uit het Kompas-preventieproject leerden dat deze inspanningen niet
afdoende zijn. Onder de paraplu van "Vangnet" maken 5 van de medewer
kende scholen taakuren vrij voor een preventieleerkracht. Deze neemt
de inzet voor extra begeleiding van risicoleerlingen over van de
(externe) preventiemedewerker en ondersteunt hiermee (als leerlingbe
geleider) de overige docenten. Ook de (signalerende) rol van de
klasse-docent wordt nader omschreven.
Leerlingen die voor extra begeleiding in aanmerking komen worden
ingebracht in de zorgbreedtecommissie, die op elke school is gefor
meerd. Hier wordt elk individueel geval door alle betrokkenen bespro
ken en vindt verwijzing plaats in het kader van een traject binnen
danwel buiten het onderwijs.
4Inzet gemeente en RBA
Gemeente en RBA willen door toevoeging van externe deskundigheid de
scholen ondersteunen in hun preventieve werkzaamheden en deze aldus
versterken. Dit gebeurt door middel van de inzet van een preventieme
dewerker onderwijs en een preventiemedewerker arbeid.
De eerste ondersteunt de preventieleerkracht bij de begeleiding van de
risicoleerling. Alle actie is gericht op het behouden, c.q. teruglei
den van de leerling naar de schoolsituatie: in gevallen waarin op
onderwijskundig gebied geen oplossing (meer) mogelijk is, dient
betrokken jongere op vloeiende wijze naar de arbeidsmarkt te worden
toegeleid, waarbij wordt samengewerkt en gebruik gemaakt van een
netwerk van daartoe geëigende instellingen.
