JO. Cijfermatige gegevens.
Bijgesloten is relevant cijfermateriaal zowel wat betreft de afvalstoffenheffing als de combinatie onroerende-
zaakbelastingen, hondenbelasting en rioolrecht 1994 (aanslagen gemeentelijke belastingen).
Het betreft de volgende overzichten:
afvalstoffenheffing en rioolrechten:
- aantallen
- kwijtgescholden bedragen
- afwijzingsgronden
- toekenningen per leefsituatie
gemeentelijke belastingen:
- aantallen
- kwijtgescholden bedragen
- afwijzingsgronden
- toekenningen per leefsituatie
vergelijking 1992, 1993 en 1994:
- aantal aanvragen
- aantal toekenningen
- aantal afwijzingen, gesplitst naar afwijzingsgronden.
- toekenningsbedragen.
Uit de cijfers blijkt dat het aantal aanvragen opnieuw zeer sterk is gestegen: van totaal 2.200 in 1993 naar
3.201 in 1994 (+45,5%)! Het totaal kwijtgescholden bedrag is nog sterker gestegen: van 228.640,00 in
1993 naar 355.081,13 in 1994 (+55%). De meer dan evenredige stijging wordt nagenoeg geheel veroor
zaakt door de stijging van het kwijtgescholden bedrag aan afvalstoffenheffing: 101.677,64 in 1994 tegen
45.726,00 in 1993: 122%. Gedeeltelijk moet deze stijging worden toegeschreven aan de tariefstijging
van de afvalstoffenheffing (van 288 naar 360: 25%). Maar ook speelt een rol dat de aanslagen gemeente
lijke belastingen in het algemeen eerder worden ontvangen dan de eindnota's van de PNEM, omdat de aan
slagregeling in april plaatsvindt, terwijl de nota's gespreid over het gehele jaar worden verzonden. Omdat
bij de beoordeling rekening wordt gehouden met reeds betaalde belastingen, kan een aanvraag kwijtschelding
afvalstoffenheffing worden gehonoreerd, terwijl de aanvraag om kwijtschelding gemeentelijke belastingen is
afgewezen.
Opvallend is nog steeds het relatief geringe aantal aanvragen om kwijtschelding van afvalstoffenheffing ten
opzichte van de aanvragen om kwijtschelding van gemeentelijke belastingen. Oorzaken kunnen zijn:
de inning via NV RDB PNEM Breda geschiedt vrij geruisloos:
a. de post "afvalstoffenheffing" vormt slechts een klein onderdeel( zowel fysiek als qua
bedrag) van de totale eindafrekening. Hoewel de kwijtscheldingsmogelijkheid expliciet in
de bijsluiter bij de eindafrekening wordt vermeld, is de respons niet hoog.
b. ook speelt hierbij een rol dat de vermelde bedragen reeds zijn betaald: de klant is met
name geïnteresseerd in het eindbedrag van de eindafrekening;
via een aanslagbiljet wordt de belastingplichtige direct geconfronteerd met verschuldigde belas
tingbedragen, welke bedragen bovendien nog moeten worden betaald;
het combineren van diverse belastingsoorten leidt tot hogere eindbedragen op één aanslagbiljet: dit
nodigt eerder uit tot het indienen van een aanvraag om kwijtschelding;
Het aantal aanvragen afvalstoffenheffing neemt overigens sterker toe dan de aanvragen gemeentelijke
belastingen (60% vs 42%).
Verder zijn de meest in het oog springende kerngetallen:
- het percentage toekenning eenoudergezinnen is voor het eerst in 1994 hoger dan bij de andere
leefsituaties: dit moet worden toegeschreven aan het feit dat in juli 1993 alle normbedragen uitein
delijk op het gewenste niveau, 90% van de bijstandsnorm inclusief vakantieaanspraken, zijn terecht
gekomen, terwijl voordien tussen de diverse normen discrepanties bestonden.
- het percentage toekkening woningdelers is zeer hoog: nagenoeg alle aanvragen worden gehono
reerd. Dit wordt veroorzaakt door het gegeven dat het merendeel van deze belastingschuldigen
bestaat uit studenten, die sowieso qua inkomen al onder de kwijtscheldingsnorm vallen!
-.het percentage "aantallen toekenningen" is steeds hoger dan het kwijtscheldingspercentage (bedra
gen): dit houdt verband met het feit dat ook gedeeltelijke kwijtschelding als toekenning wordt
