2.
Bouwen van goedkope koopwoningen waarvan:
- 100 woningen met stichtingskosten van maximaal 165.000,-.
Hiervoor gelden de volgende voorwaarden:
verkoop door woningbouwverenigingen aan huishoudens, die:
lste prioriteit: huurwoning van max. 630,- vrijmaken of
2de prioriteitwaarvan het (gezamenlijk) inkomen niet hoger is dan
54.500,-,
3. Het deel van het BWS-budget dat resteert zal voor experimenten m.b.t. goedkope
nieuwbouw worden ingezet of als reserve voor onverwachte ontwikkelingen
worden "bewaard".
5. Volume- en verdeelbesluit
Het gehele beschikbare BWS-budget (f 4.977.935,-) wordt voor projecten uit de woning
bouwprogramma's 1995 en 1996 ingezet.
In het woningbouwprogramma 1994 stond het project Bergdreef opgenomen voor een
bijdrage van 10.000,- per woning, vanwege de "overloop" situatie wordt voor dit
project een bedrag gereserveerd: een bijdrage van 10.000,- per woning met een
maximum van 35 woningen. De huur of de omgerekende koopsom van de woningen mag
niet meer bedragen dan 850,- of respectievelijk 157.000,-.
Het budget wordt als volgt verdeeld:
Beschikbaar 4.977.935,-
170 huurwoningen 2.975.000,-
150 huurwoningen 1.500.000,-
Bergdreef 350.000,-
4.825.000.-
Reserve voor experimenten of
onvoorziene zaken 152.935,-
Om met name de "doorstromingsdoelstelling" te realiseren is het noodzakelijk dat de
Bredase woningbouwvereningen voor de doelgroep van beleid ook koopwoningen ontwik
kelen, realiseren en toewijzen.
Met de woningbouwvereningen is de grondslag van dit beleid aan de hand van het
"Discussiestuk tbv. het Beleidsoverleg, dd. 16 februari 1995, (bijlage I)" doorgesproken.
In overleg met de woningbouwverenigingen is dit gewijzigd in het nu voorliggende
voorstel.
De Bredase woningbouwverenigingen bepalen, in onderling overleg, welke projecten uit
de woningbouwprogramma's (1995 en 1996) voor een bijdrage (170 en 150 huurwonin
gen) in aanmerking komen en voor hoeveel woningen in dat betreffende project de
reservering geldt. Daarnaast geven zij aan waar zij de 100 goedkope koopwoningen
(zonder subsidie) zullen realiseren.
Zodra dit onderlinge overleg is afgerond zal in het woningbouwprogramma deze informa
tie worden opgenomen.