3 Raadsvoorstel vervolg/ 113
Samenvatting
1. Alle belanghebbenden zijn in meerdere of mindere mate ernstig
gedupeerd door de beoogde komst van het milieustation.
2. Door de komst van het milieustation zal er een "downgrading" van
het betreffende industrieterrein Tramsingel e.o. plaatsvinden, hetgeen
in strijd is met de destijds van gemeentewege gedane toezeggingen en
gewekte verwachtingen.
Een milieustation doet afbreuk aan het karakter van Al-locatie van het
onderhavige industrieterrein. Het is een inrichting die bepaald niet
thuis hoort in of nabij een kantorenpark of bedrijventerrein als het
onderhavige. Voordelige economische effecten voor de gemeente lijken
de doorslag te hebben gegeven. Er kan dan ook van een goede planologi
sche inpasbaarheid geen sprake zijn, omdat het in feite gaat om een
zogenaamd onordelijk bedrijf dat aldaar niet thuis hoort.
Aan te nemen valt dat het milieustation (weldra) veel te klein zal
zijn met alle gevolgen vandien (overbelasting van particulier- en
vrachtverkeer)Dit aspect is tijdens de hoorzitting aan de orde
geweest doch hiervan is geen melding gemaakt in het verslag.
De zienswijze van Garagebedrijf Janssens Breda B.V. richten er zich
met name op, dat door de onverhoopte komst van het milieustation het
parkeerterrein geheel komt te vervallen. Dit is voor genoemd autobe
drijf een zeer nadelige gang van zaken.
Garagebedrijf Janssens Breda B.V. heeft ca. 7 jaar geleden het Renault
dealerschap overgenomen, waartoe een nieuw garagepand gebouwd diende
te worden, omdat er geen geschikte panden te verkrijgen waren. Het
beleid van de gemeente was destijds dat garagebedrijven zich in Breda
alleen mochten vestigen aan de Noordelijke Rondweg of aan de Slinger
weg.
Aangezien er aan de Noordelijke Rondweg op dat moment geen percelen
beschikbaar waren diende Garagebedrijf Janssens Breda B.V. een perceel
aan de Slingerweg te zoeken.
Gezien de behoefte aan een buitenterrein ten behoeve van het stallen
van auto's werd voor de locatie gekozen nabij het parkeerterrein aan
de Slingerweg, omdat de verwachting bestond dat het parkeerterrein ook
in de toekomst deze functie zou behouden. De investeringsbeslissing
van Garagebedrijf Janssens Breda B.V. was hierop gericht, mede ook
omdat van gemeentewege werd toegestaan dat van het parkeerterrein
gebruik werd gemaakt.
Door het gemis van de buitenparking komt een goede bedrijfsvoering
ernstig in het gedrang. Aan Garagebedrijf Janssens Breda B.V. zou
destijds medegedeeld zijn dat het terrein openbaar parkeerterrein zou
blijven.
Het pand is typisch gebouwd als garagepand en is zonder ruime parkeer
gelegenheid in de buurt in feite niet te gebruiken als garagepand en
dus ook niet als zodanig te verhuren of te verkopen.
Auto's van bezoekers en na reparatie of aflevering gereed gekomen
auto's dienen in de buurt van het pand geparkeerd te kunnen worden.