Gemeente Breda
Raadsvoorstel vervolg/ 122
Interviews gesprekken
De interviews zullen zich naar is aangegeven richten op een groep van
circa 40 personen. Daarvoor in aanmerking komen:
- leden van deze raad en uit vorige raadsperioden;
- leden van de Cie Ad hoe;
- (ex)leden van het college van B&W;
- deelnemers in de stuurgroep, danwel de bestuurlijke werkgroep;
- ambtelijke beslissers, coördinatoren en adviseurs.
Gesprekken met personen van buiten de gemeentelijke organisatie zullen
door de onderzoekers ter completering ongetwijfeld nagestreefd worden.
Op de eerste plaats valt daarbij te denken aan de architect, de
bouwmanager en de hoofdaannemer.
Procedure
Het onderzoek vindt plaats in afzondering. Alle gesprekken zullen in
beslotenheid plaatsvinden. Tussentijdse rapportages zullen er niet
zijn. Het rapport zal openbaar aangeboden worden. Vanaf dat moment is
het beschikbaar voor publieke discussie.
De tijdplanning is gericht op het gevoelen in de raadscommissie
Middelen om "voor de kerst eruit" te willen zijn: in november aanbie
ding van het rapport en in december besluitvorming in de raad.
Overwegingen
Het onderzoek dient "alomvattend" (vereiste 1) en "onafhankelijk"
(vereiste 2) te worden uitgevoerd (tekst raadsmotie).
Daarnaast hebben de fractievoorzitters aangedrongen op een laag
kostenniveau (vereiste 3) gezien in relatie tot de verwachte hoogte
van de overschrijding van de bouwkosten (maximaal 3,5 miljoen) en de
eerder geraamde 591.000,- voor een onderzoek door een Commissie van
Drie. Daarmee wordt de kwaliteitsborging van het onderzoek te meer een
kritisch punt van overweging. Alleen zorgvuldigheid in de rapportering
(vereiste 4) kan recht doen aan publicatie en behandeling in de raad.
De in kostprijs gelimiteerde offerte (vereiste 3) is zonder twijfel
eveneens gelimiteerd in zorgvuldigheid van het onderzoek. Niet alleen
zullen de onderzoeksresultaten globaler en abstracter worden weergege
ven (laten vallen van eis 1), kritisch is hier de omvang van de groep
te interviewen personen.
Zorgvuldigheid ten opzichte van personen en instituties (waaronder de
raad en het college) vereist een eenmalige, afdoende rapportage, die
zal kunnen leiden tot bezinning en waar nodig tot implementatie van
leermomenten. Voorkomen dient te worden dat vervolgonderzoek in
enigerlei vorm wenselijk wordt geacht.
De aangegeven raming van 40 gesprekken tijdens het onderzoek worden in
dit licht bezien acceptabel geacht.
