2 Raadsvoorstel vervolg/-] q Motivering/Toelichting A. DE ZWEMBADLOKATIES 1. VAN SONSBEECK Voornaamste argumenten om terug te komen op de lokatie Ettensebaan en nu de lokatie Van Sonsbeeck voor te stellen zijn: Van Sonsbeeck voldoet belangrijk méér dan Ettensebaan aan het uitgangspunt dat de zwembadlokatie "in of nabij het centrum" gelegen moest zijn; Van Sonsbeeck geeft ruimte voor goede relatie tussen gebouw, parke ren en buitenspeel- en ligruimte. Op de Ettensebaan zou vanwege de beschikbare oppervlakte sprake zijn van parkeren op afstand, terwijl voor buitenruimte geen grond beschikbaar was. de lokatie Van Sonsbeeck geeft betere mogelijkheden voor integratie van recreatieve functies (park, buitenruimte en zwembad) Voor de exacte positionering van het zwembad in het Van Sonsbeeck dient nog nader onderzoek en overleg plaats te vinden. Uitgangspunt vormt hierbij de concept-structuurvisie, die onder andere in samenspraak met de omwonenden is opgesteld door RO. Uit nader onderzoek blijkt, dat inpassing van een zwembad mogelijk is, met behoud van met name de voorgenomen woningbouwontwikkeling Tevens blijkt een zo centraal mogelijke ligging van het zwembad in het plan het best tegemoet te komen aan eventuele bezwaren van omwonenden inzake hinder (geluid, verkeer, parkeren), (bijlage 1)* De afdeling Verkeer en Vervoer beschrijft (bijlage 2)* dat de lokatie Van Sonsbeeck weliswaar grotere verkeersdruk geeft op met name de Irenestraat (geschat op +13%)maar dat op deze lokatie voorwaarden aanwezig zijn voor bereikbaarheid voor alternatief vervoer, voor inperking van automobiliteit en voor regulering van parkeren. Keuze voor de lokatie Van Sonsbeeck heeft bovendien een relatie met de geplande woningbouw, de totale exploitatieopbrengst en daarmee met de vergoeding die de gemeente aan NAC heeft toegezegd ten behoeve van de realisering van het nieuwbouwstadion aan de Lunetstraat. Hopman is dan ook verzocht aan te geven in hoeverre de inpassing van een zwembad in hun planontwikkeling van invloed is op de aantallen te realiseren woningen in het plangebied, en daarmee op de aan de gemeen te te garanderen netto-opbrengst. Vooralsnog wordt ervan uitgegaan, dat het zwembad (dat immers zelf ook een grondopbrengst genereert van 150,00 per m2) de geraamde netto-opbrengst van de planontwikkeling door Hopman niet negatief zal beïnvloeden, (geheime notitie)**

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1995 | | pagina 95