6
Raadsvoorstel vervolg/ 174
overeenkomstige toepassing te verklaren. Wij stellen voor hiertoe te
besluiten.
Daarmee komt het volgende beleidsinstrumentarium ter beschikking:
een door uw raad vast te stellen (kader)notitie waarin het gemeen
telijk beleid en het maximale gemeentelijk budget wordt vastge
legd;
- een door de stichting op te stellen werkplan, op basis waarvan de
stichting een subsidie aanvraagt;
- toetsing van het werkplan en de subsidie-aanvraag aan het gemeen
telijk beleid door ons college, eventueel gevolgd door overleg
tussen gemeente en stichting om verschillen op te heffen;
- het door ons, in overleg met uw raadscommissiesvast te stellen
subsidie-bedrag en -voorwaarden.
Voor het eerste werkjaar zal deze procedure in verkorte en vereenvou-
dige vorm worden gevolgd. Wij zullen de raadscommissie daarbij be
trekken.
DRAAGVLAK: AFSTEMMING/OVERLEG
Teneinde te garanderen dat de stadswacht als aanvulling op het be
staande toezichtsterrein goed wordt gepositioneerd is het van belang
om niet alleen via de bestuurssamenstelling maar ook op andere wijze
werk te maken van afstemming en overleg. Daarmee wordt het draagvlak
vergroot
Wij stellen voor deze afstemming concreet gestalte te geven op drie
niveaus
beleidsmatig tussen gemeente, politie en openbaar ministerie in
het driehoeksoverleg, met ondernemers in het bestuurlijk overleg
binnenstad en met bewoners in het periodiek overleg bewonersorga
nisaties
- beheersmatig: op bestuurlijk niveau in het stichtingsbestuur en op
ambtelijk niveau periodiek in de trojka-plus binnenstad (RME,
Stadsbeheer, SAW en Politie) aangevuld met de directeur van de
stichting en het hoofd handhaving en regelgeving van het parkeer-
bureau en het beheersoverleg binnenstad;
operationeel tussen de teamcoördinatoren van de stichting, de
operationeel chef politieteam binnenstad, groepschefs parkeerbe-
drijf en het hoofd districtsteam stadsbeheer-centrum.
BEHEER
Inmiddels is enig voorwerk gedaan over de mogelijke wijze van beheer
van de stadswachtorganisatie.
Het stichtingsbestuur zal een jaarwerkplan en een begroting alsmede
een jaarverslag en een jaarrekening op dienen te stellen. Ter uitvoe
ring van het werkplan zal het een directeur moeten aanstellen en
belasten met het beheer. Op dat beheer zal het bestuur toezicht moeten
houden.
De directeur zal de algehele leiding over de organisatie hebben.
Daartoe zal hij- met inachtneming van het door het bestuur vastgestel
de jaarwerkplan - allerlei externe en interne beheerszaken moeten
