9 Raadsvoorstel vervolg/174 en meer werk. Beide dragen bij aan het grote stedenbeleid, de revitalisering van de stad en het leefklimaat in de binnenstad. Bovendien kan daaruit een positieve werking uitgaan gericht op verbetering van het beeld van de binnenstad in het kader van de promotieactiviteiten. Hiermee is evenwel op het terrein van toezicht en handhaving nog geen ideaal-situatie bereikt. Er valt nog meer te verbeteren. Wij zullen daarop terugkomen naar aanleiding van het handhavingsbeleidsplan en de afstemming toezicht stadsbeheer. Consequenties Financieel Met het oprichten van een stadswachtorganisatie zijn diverse kosten gemoeid. Het betreft voornamelijk: salaris teamcoördinatoren, salaris stadswachten, andere personeelslasten zoals opleiding, administratie, uitrusting, bureaukosten. Een specificatie is te vinden op bijgevoegde project-begroting voor 1996 (eerste jaar) en 1997. Een aanzienlijk deel van deze kosten kan worden gedekt uit de via de Melkert-1 regeling te verkrijgen rijksbijdrage. Deze dekt de salaris kosten van de stadswachten zelf (niet de directie, de coördinatoren of de consulenten) en een deel van de bijkomende kosten. Voor het overige is de stichting dus aangewezen op subsidie van de gemeente. Deze kan worden gedekt uit het budget BPC, het budget Grote steden beleid en het budget arbeidsmarktbeleid. Zie de project-begroting. Hiertoe dienen de begroting concernstaf en de concernbegroting gewij zigd te worden. NB: Indien de Melkert-1 regeling en Grote stedenbeleid uiteindelijk niet- structureel zullen worden zal nader moeten worden bezien of en zo ja op welke wijze financiering vanuit de gemeente kan worden gecontinueerd evaluatie Na het eerste volledige werkjaar zal bezien worden wat de ervaringen zijn met het takenpakket, het werkgebied, de formatie, de samenwerking etc. Zo nodig zullen aan de hand daarvan voorstellen doen tot bijstel ling. Juridisch Het is niet uitgesloten, dat de op te richten stichting door het Ministerie van Justitie zal worden aangemerkt als een "particuliere beveiligingsbedrijf". Dit betekent dat er op grond van de Wet op de weerkorpsen voor het functioneren een vergunning van de minister nodig is, welke alleen verkregen wordt indien voldaan wordt aan bepaalde be trouwbaarheids-eisen. Dit zal worden nagegaan en zo nodig zal hieraan worden voldaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 1073