2
Raadsvoorstel vervolg/ 175
aspecten uit de jaarrekeningen van de diensten in één nota aan het
bestuur voor te leggen ter bevordering van een integrale besluitvor
ming en een beter zicht op de factoren die hebben bijgedragen aan het
rekeningsresultaat
Daarnaast zijn ter voorbereiding op de behandeling van de jaarrekening
in de functionele commissies en de raad, in de informele raadsbijeen-
komst van 29 mei j.l. de belangrijkste informatie-elementen van de
gemeenterekening nog eens uiteengezet en is aan de hand van de jaarre
keningen 1995 ingegaan op de wezenlijke kenmerken van de jaarrekening
in relatie tot de begroting.
In de concernjaarrekening wordt in het hoofdstuk algemeen ingegaan op
het rekeningsresultaat, de bestemming van dat resultaat en de reserve-
en risicopositie van de gemeente.
De concernjaarrekening sluit met een batig saldo van f 16,6 min.
De in de concernjaarrekening opgenomen risicoparagraaf wijkt enigszins
af van hetgeen daaromtrent is opgenomen in de kadernota 1997.
Kortheidshalve wordt hiervoor verwezen naar de pagina's 9 en 10 van de
concernjaarrekening 1995.
Ingevolge wettelijke bepalingen besluit uw raad tot de bestemming het
rekeningsresultaat en het opheffen en instellen van gemeentelijke
reserves en voorzieningen. Als uitvloeisel van de opgestelde jaarreke
ningen 1995 stellen wij u voor de in de bijlage 2 genoemde reserves en
voorzieningen respectievelijk in te stellen e.g. op te heffen.
Kortheidshalve wordt voor een toelichting op deze voorstellen tot
instellen en opheffen van reserves en voorzieningen verwezen naar de
toelichting op reserves en voorzieningen opgenomen in de bijlagen bij
de concernjaarrekening op de pagina's 22 t/m 35 en 38 t/m 43.
Voor wat betreft de bestemming van het batig saldo 1995 wordt verwezen
naar de toelichting in het hoofdstuk algemeen van de concernjaarreke
ning op blz 7 en 8 en de kolom voorgestelde bestemming in het over
zicht van de reserves op pagina 14 t/m 21 van de bijlagen.
Bij de vaststelling van de oorspronkelijke verordening WVG is een
egalisatiereserve ingesteld voor de periode 1994 - 1998, met de
bedoeling hierin de jaarlijkse overschotten te storten c.q. tekorten
te onttrekken. Daarbij is geen maximum voor deze reserve vastgesteld.
Gezien de stand van deze reserve bij de jaarrekening stellen wij U bij
de bestemming van het batig saldo 1995 voor de voeding van deze
reserve uit het batig saldo 1995 eenmalig te beperken tot de blokke
ringen waartoe in de loop van 1995 expliciet door uw raad is besloten.
Consequenties
Behoudens de in rechte gebleken onregelmatigheden, ontlast het besluit
tot vaststelling van de jaarrekening de leden van het college van
