3 Raadsvoorstel vervolg/?01 De bepalingen die in de model-verordening en de Bredase afvalstoffen- verordening uit 1985 zijn opgenomen, zijn bekeken op hun noodzaak voor de afvalinzameling. De opmerkingen van de commissie Stadsbeheer, Grondbedrijf en Milieu op 17 april 1996 zijn in deze evaluatie meege nomen. Een aantal bepalingen zijn na evaluatie geschrapt. De bepaling ten aanzien van strooifolders (artikel 6.8) is toegevoegd omdat, onder andere bij bewoners en bedrijven in de binnenstad, grote behoefte bestaat aan een instrument waarmee de problematiek t.a.v. strooifol- ders kan worden aangepakt. Een andere afwijkende regel is de regel met betrekking tot het buiten zetten van huishoudelijk afval (artikel 3.3). In een vorig voorstel moest dit buiten zetten gebeuren tussen 06.00 uur en 08.00 uur. Naar aanleiding van de opmerkingen van de commissie Stadsbeheer, Grondbe drijf en Milieu is deze regel opnieuw bezien. In de praktijk worden inzamelmiddelen vaak de avond van te voren buiten gezet. Dit blijkt nauwelijks een bron van overlast te zijn. Uit het oogpunt van dienst verlening en om de regels in overeenstemming met de praktijk te brengen, wordt nu, conform de opmerkingen van de commissie, voorge steld de tijd waarop inzamelmiddelen buiten gezet kunnen worden te verruimen naar 22.00 uur de avond van te voren. Iedereen is zo in principe in de gelegenheid het inzamelmiddel voor inzameling gereed te zetten. Door de invoering van de 36-urige werkweek, de vraag naar tropenroos ters en de ontwikkeling van arbo-richtlijnen met betrekking op de maximale (fysieke) belasting van beladers is bij de afdeling Afval stoffen de behoefte ontstaan om flexibeler met werktijden om te gaan. Hiervoor moet de bedrijfstijd verruimd worden. Daarom wordt voorge steld om de uiterste tijd voor het buitenzetten van inzamelmiddelen te vervroegen naar 07.00 uur. Benadrukt wordt dat het buiten zetten van een inzamelmiddel voor 07.00 uur lediging garandeert. Later op de inzameldag een inzamelmiddel buiten zetten kan en mag altijd. Het risico bestaat dan wel dat de inzameldienst het betreffende gedeelte van de route op dat moment al heeft ingezameld. Aan de gemeenteraad zal ook een voorstel gedaan worden voor het opstellen van een stategisch beleidsplan voor de afdeling Afvalstof fen. In de lijn van het besturingsmodel zou het logisch zijn dat deze verordening op basis van het beleidsplan vastgesteld wordt. Per 1 januari 1996 moest deze verordening echter al aangepast zijn aan de Wet milieubeheer. Deze verordening is gebaseerd op het huidige gemeen telijke afvalstoffenbeleid (zie boven). Indien het beleid (het strate gisch beleidsplan) hiertoe aanleiding geeft, dan zal de afvalstoffen- verordening hierop aangepast worden. De afvalstoffenverordening is geen statisch gegeven, maar zal mee moeten veranderen met beleid en omgeving.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 1196