Gemeente Breda
Raadsbesluit 1996/224
Registratienummer 967002384
Dienst/afdeling RME\SRO
Aantal Bijlagen
De raad van de gemeente Breda;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders en met overname van
de daarin vermelde overwegingen;
gelet op artikel 41 van de Wet op de stads- en dorpsvernieuwing en
artikel 149 van de Gemeentewet;
besluit
1. Vast te stellen de navolgende verordening tot wijziging van de
subsidieverordening Bouwen en Wonen 1995:
Artikel I
In artikel 5.6 eerste lid worden van de zinsnede "wordt geldelijke
steun verleend" toegevoegd de woorden "en vastgesteld"
Artikel II
Na artikel 5.7 wordt een nieuw artikel 5.7a ingevoegd
luidende:
"Artikel 5.7a
Indien het in artikel 5.7, eerste lid, genoemde inspectierapport
daartoe aanleiding geeft, dan stellen burgemeester en wethouders de
eigenaar in de gelegenheid om de op het inspectierapport genoemde
gebreken, binnen een door hen bepaalde termijn te herstellen."
Artikel III
a. Artikel 5.10, vijfde lid, komt te vervallen.
b. Artikel 5.10, zesde lid, wordt vernummerd tot vijfde lid
Artikel IV
In de toelichting wordt toegevoegd:
"Artikel 5.13
2. Van de in dit lid genoemde mogelijkheid zal zeer terughoudend
gebruik worden gemaakt en zal slechts worden toegepast in overmacht
situaties
Artikel V
Deze verordening treed in werking met ingang van de eerste dag van
de maand, volgend op die waarin zij is afgekondigd.
2. Te bepalen dat per 1-1-1997 de richtlijnen verbeteren van
woningen van eigenaar-bewoners en particuliere verhuurders van
subsidieverordening Volkshuisvesting 1994, niet van toepassing
op het in de subsidieverordening Kwaliteit Gebouwen Binnenstad
vastgestelde binnenstadsgebied.
3. Te bepalen dat per 1-1-1997 hoofdstuk 5 van de subsidieveror
dening Bouwen en Wonen 1995, zijnde de restauratie van monumenten",
niet van toepassing is op het in de subsidieverordening Kwaliteit
Gebouwen Binnenstad vastgestelde binnenstadsgebied.
de
zijn
