4
Raadsvoorstel vervolg/ 227
ad 3 Asselbergs Nachenius B.V.
Wil bevestiging dat het als categorie 3-bedrijf beoordeeld wordt. In
de hinderwetvergunning 1993 wordt hierover niets vermeld. Indien het
bedrijf in het ontwerp-bestemmingsplan als categorie 3-bedrijf wordt
gezien, wordt geen bezwaar gemaakt.
Beoordeling
Het bedrijf valt onder de omschrijving overige metaalwarenindustrie
(SBI-code 34.8) van de staat van inrichtingen behorend bij het ont
werp-bestemmingsplan Krogten-Zuid. Vanwege de geluidsoverlast die een
dergelijk bedrijf voor de omgeving kan veroorzaken, valt deze groep
bedrijven onder milieucategorie 3. De vrijstelling voor categorie 3-
bedrijven is bedoeld voor vestiging van nieuwe bedrijven in het
plangebied. Bestaande bedrijven kunnen worden gehandhaafd, hiervoor
behoeft geen aparte vrijstelling te worden verleend.
Het is juist dat hierover in de hinderwetvergunning van 1993 niets is
vermeld. Het toetsingskader voor deze vergunning is de Wet milieube
heer en in dat kader hoeft geen afweging plaats te vinden over de
hoogte van de milieucategorie. Dit laatste vindt plaats in het kader
van de uitvoering van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, zoals nu
gebeurt bij de totstandkoming van onderhavig bestemmingsplan met
bijbehorende staat van inrichtingen.
De staat van inrichtingen behorend bij het bestemmingsplan is geba
seerd op de landelijke VNG-uitgave "bedrijven en milieuzonering". Deze
uitgave kent een categorale bedrijfsindeling op basis van zogenaamde
SBI-codes. Op basis van deze lijst valt het bedrijf van de bezwaarma
ker onder de groep industrie, code 34 metaalproduktenindustriemeer
specifiek subcode 34.8 overige metaalwarenindustrie. Het is een
vaststaand gegeven dat hierbij milieucategorie 3 hoort.
De zienswijze achten wij ongegrond.
ad 4 C. Klavers-Jansen B.V.
Heeft bezwaar tegen het feit dat bedrijven uit de categorieën 3 en 4
belemmerd worden in hun huidige en toekomstige bedrijfsaktiviteiten.
Vindt dat er in afdeling 2 artikel 3 (oud) onderscheid gemaakt moet
worden tussen nieuwe en bestaande situaties.
Stelt dat er nog geen bestemmingsplan voor het slachthuisterrein is en
derhalve er nog geen sprake is van woningbouw op die plek.
Beoordeling
Het is inderdaad zo dat het bestemmingsplan beoogt de milieubelasting
van bedrijven ten opzichte van de omliggende woonbebouwing terug te
dringen. De in het kader van de Wet milieubeheer vergunde situatie kan
gehandhaafd blijven. In die zin hoeft er geen sprake te zijn van een
belemmering van de huidige bedrijfsactiviteiten.