7
Raadsvoorstel vervolg/ 25
artikel 8
Opneming van dit artikel is noodzakelijk, omdat artikel 14 van de
Subsidieverordening bepaalt, dat het inhoudelijk en financieel verslag
wordt ingediend voor 1 april volgend op het werkjaar. Het werkjaar
wordt in artikel 1 van die verordening gedefinieerd als kalenderjaar.
Het is echter gewenst verslaglegging te ontvangen over de boekjaren,
die bij Chassé Theater N.V. lopen van 1 september t/m 31 augustus.
artikel 9
In dit artikel is de opzegging van de overeenkomst geregeld. Daarbij
is aangesloten bij de gronden die de Algemene wet bestuursrecht in de
derde tranche gaat geven voor wijziging of intrekking van subsidies.
Een opzegging, die door de gemeente of Chassé Theater kan worden
gedaan, dient in de regel in het derde jaar van de vierjaarlijkse
subsidieperiodes te worden gedaan. Een en ander in verband met de
voorbereiding van de kadernotitie en het daarop volgende besluit
vormingstraject. De overeenkomst kan in de regel slechts eens in de
vier jaar worden opgezegd. De vierjaarlijkse subsidieperiode wordt
vervolgens gewoon doorlopen. In die situatie volgt geen nieuwe vier
jaarlijkse subsidieperiode.
Opzegging met een termijn van vier maanden is mogelijk in de in het
derde lid onder a. en b. genoemde gevallen. In die gevallen zou het
onredelijk zijn om, na constatering dat een van die gronden zich
voordoet, de resterende subsidieperiode nog door te lopen.
Opzegging zonder opzegtermijn is mogelijk indien een der partijen zijn
verplichtingen niet nakomt. In dat geval wordt de overeenkomst gelijk
ontbonden
In het vierde lid is geregeld, dat, indien de subsidie-overeenkomst
wordt beëindigd de aanspraak op subsidie vervalt. Door de gekozen
formulering vervalt de aanspraak vanaf het moment van beëindiging en
dus niet met terugwerkende kracht. Gehele of gedeeltelijke intrekking
van de subsidie (met terugwerkende kracht dus) blijft op grond van
artikel 16 van de Subsidieverordening mogelijk in de aldaar genoemde
gevallen
Consequenties
geen
Communicatie
nvt