10
Raadsvoorstel vervolg/ 39
inspanningsverplichting bestaat om er gezamenlijk uit te komen tijdens
de looptijd van het contract en de regionale opzet in stand te houden
en te verbeteren.
Verdere ontwikkelingen en de relatie naar regulier grootschalig)
openbaar vervoer.
Met de invoering van dit regionale vraagafhankelijke vervoer moet een
solide basis voor dit vervoerssysteem worden gelegd. In de nota over
het kleinschalig collectief vervoer Breda e.o." zijn de uitbrei
dingsmogelijkheden aangegeven. Dit zal plaats vinden op basis van
evaluaties en nadere studies.
Integratie van het kleinschalig, stadsgewestelijk collectief vervoers
systeem met het regulier openbaar vervoer is wenselijk, maar op korte
termijn nog niet reëel vanwege wettelijke bepalingen Wet Personen
vervoer) en bekostigingsregelingen. In het te sluiten vervoerscontract
wordt een passage opgenomen over de mogelijkheid van introductie van
een collectief vraagafhankelijk vervoer (CW) In het kader van de CW
stelt het ministerie van Verkeer en Waterstaat beperkt subsidie
beschikbaar voor enkele experimenten in den lande ten behoeve van het
gebruik van kleinschalig vervoer door O.V.-reizigersOok de gemeente
Breda en de provincie Noord-Brabant hebben dit aangekaart bij het
ministerie. Punt is echter, dat het rijk slechts 3,-- per rit voor
een "gewone" reiziger vergoedt, zodat bij een kostprijs van 9,--
een eigen bijdrage van de klant van 6,-- overblijft, gelijk aan het
treintaxitarief. Met deze hoge ritprijs vallen toch weer vele poten
tiële klanten af die niet tot de zwaarder gesubsidieerde doelgroepen
behoren zoals WVG-geindiceerden en ouderen. In de gevallen waarin het
rijk geen subsidie geeft, dient de commerciële ritprijs van 9,--
betaald te worden.
Juist in delen van het platteland, waar het reguliere O.V.-aanbod erg
dun en onrendabel is en onder sterke bezuinigingsdruk staat, zou het
een goede zaak zijn, als er een goed en goedkoop alternatief O.V.
beschikbaar is. Een en ander geldt echter ook voor de stad, vooral op
de meest stille uren als het reguliere O.V. uit rentabiliteitsoverwe
gingen sterk in frequentie verminderd is of op bepaalde lijnen zelfs
helemaal niet meer rijdt.
In al deze gevallen zou integratie van regulier, grootschalig O.V. en
kleinschalig collectief vervoer voordelen bieden. Er kan bijvoorbeeld
gedacht worden aan het combineren van O.V.-ritten deur-halte of halte
halte belbus of deeltaxi) met WVG- of leerlingenritten.
Aan de aanbodzijde van het vervoer o.a. organisatie van vele ver
schillende soorten gecombineerde ritten, tariefstructuur) vraagt dit
echter nog het nodige. Voor de klanten moet het systeem duidelijk en
herkenbaar zijn: een O.V.-rit dient bijvoorbeeld zoveel mogelijk
volgens het O.V.- tariefsysteem afgewikkeld te worden.
Conclusie is, dat afhankelijk van de ontwikkelingen in het kader van
het CW verdere stappen op de moeilijke weg van integratie kunnen
worden gezet