Gemeente Breda
SUBSIDIEVOORWAARDEN STICHTING COS WEST EN MIDDEN-BRABANT CEN
TRUM VOOR ONTWIKKELINGSSAMENWERKING (COS)
1.a. Het bestuur van de Stichting COS te Breda hierna te noe
men "bestuur" dan wel "stichting" dient jaarlijks voor 1
maart, voorafgaande aan het kalenderjaar waarvoor subsi
die wordt aangevraagd, een begroting van de stichting met
betrekking tot dat kalenderjaar in ter goedkeuring bij
burgemeester en wethouders, voorzien van een behoorlijke
toelichting, en in ieder geval vermeldende de door de
stichting voor dat kalenderjaar geraamde uitgaven met
betrekking tot:
- de door of vanwege de stichting te ondernemen aktivi-
teiten onder de inwoners van Breda, die gericht zijn op
het vergroten van het inzicht en de betrokkenheid van
die inwoners of groepen daaruit ten aanzien van de ont
wikkelingssamenwerking;
een en ander voor zover die uitgaven zullen worden vol
daan uit te ontvangen subsidiegelden en bij welke raming
een onderscheid zal worden aangehouden in door de stich
ting ter zake met derden reeds aangegane,
onderscheidenlijk nog aan te gane verplichtingen, met
dien verstande dat met betrekking tot de laatstbedoelde
categorie kan worden volstaan met alleen raming van de te
verwachten uitgaven.
b. Het bestuur verstrekt binnen de door burgemeester en wet
houders daarbij te stellen termijn met betrekking tot de
ingediende begroting en toelichting alle door
burgemeester en wethouders gevraagde nadere gegevens.
c. Burgemeester en wethouders beslissen uiterlijk binnen
drie maanden na de ontvangst van de begroting of van de
gevraagde nadere gegevens omtrent de goedkeuring daarvan,
zulks met inachtneming van het bij deze voorwaarden beho
rende raadsbesluit.
d. Bij de goedkeuring van de begroting stellen burgemeester
en wethouders gelijktijdig vast:
- het voorlopig voor het betreffende kalenderjaar aan de
stichting toegekende subsidiebedrag;
- het bedrag of de bedragen die aan de Stichting bij wij
ze van voorschot(ten) zullen worden toegekend en die in
het totaal het bedrag van het voorlopig toegekende sub
sidiebedrag niet te boven zullen gaan.
2. In afwijking van het bepaalde onder l.a. wordt met be
trekking tot het kalenderjaar 1996 de begroting ter goed
keuring bij burgemeester en wethouders ingediend binnen
een maand na de datum waarop het bijbehorende raadsbe
sluit in werking is getreden.