14 Raadsbesluit vervolg/ 56 toegestaan, waarbinnen een aan deze functies ondergeschikte horeca- en/of detailhandelfunctie mogelijk is. Achtste lid: Omdat taalkundig gezien onroerende zaken, welke niet zijn gelegen op de begane grond, niet "grenzen" aan een heringerichte straat, is deze bepaling opgenomen. Artikel 5tarief De basis-oppervlakte van een perceel wordt vermenigvuldigd met de van toepassing zijnde factor(en). De som is de heffingsgrondslag per perceel Het tarief per m2 is tot stand gekomen door het geraamde opbrenstbe- drag ad 10.000.000,00 te delen door de som van de heffingsgrondsla gen van alle gebate onroerende zaken. De kosten van de in artikel 2 opgesomde voorzieningen bedraagt 26.674.102,00. Het bedrag van 10.000.000,00 is het bedrag dat ingevolge de exploitatieopzet en de beleidsovereenkomst met de Vereniging Binnenstad Breda door baatheb benden zal worden bijgedragen in de herinrichtingskosten. Gelet op het standpunt van de Inspecteur Grote Ondernemingen Breda in zijn schrijven van 1 december 1995 is in dit tarief geen omzetbelas ting begrepen. Artikel 6: regeling inzake heffing in de vorm van een jaarlijkse belasting De baatbelasting is in beginsel een heffing ineens. De belastingplich tige zal, na het vervallen van het tijdstip waarop de belasting verschuldigd is, de heffing ineens moeten betalen. Op verzoek van de belastingplichtige kan de baatbelasting echter in de vorm van een jaarlijkse belasting gedurende 15 jaren worden geheven. In dit artikel is een regeling opgenomen voor belastingplichtigen, die de baatbelas ting gespreid over 15 jaren willen betalen. Belastingplichtigen dienen hiertoe een verzoek in te dienen. Tegen de beslissing van de gemeente op het verzoek staat geen bezwaar of beroep open. Indien een belas tingplichtige verzoekt om toepassing van dit artikel, kan de gemeente de aanslag tot het bedrag ineens intrekken en vervangen door een aanslag voor het eerste belastingjaar (Hoge Raad 6 januari 1988, BNB 1988/120)Omdat de datum van ingang van heffing is gesteld op 1 juli 1996, wordt het belastingjaar gesteld op het tijdvak 1 juli tot en met 30 juni. Uiteraard is een reële kans aanwezig dat gedurende de loop tijd van 15 belastingjaren wijzigingen komen in de persoon van de belastingplichtige of dat het belastbare object wordt gesplitst. Met het oog hierop is in lid 5 van dit artikel een regeling opgenomen voor het geval dat de belastingplichtige, die gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid tot gespreide betaling, gedurende de belastingperiode ophoudt belastingplichtig te zijn. Het zesde lid heeft betrekking op wijzigingen (met name splitsing) van een belastbaar object. Bij splitsing vindt een verdeling van de reste rende belastingschuld plaats over de na splitsing ontstane onroerende teas

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 345