tiki RAADSVOORSTEL vervolg 66 College-besluit d.d. 4-7-1995 waarin is bepaald dat de kosten beperkt dienen te blijven tot maximaal de op middellange termijn te verwachte structureel beschikbare middellen Wvg. De betaalbaarheid op termijn is enerzijds afhankelijk van de aantrekkende werking, die van het nieuwe 'eigen bijdrage-beleid' waarschijnlijk zal uitgaan. De mate waarin hiervan sprake zal zijn, is op voorhand niet aan te geven. Daarnaast is de betaalbaarheid sterk afhankelijk van met name de kostenontwikkeling van vervoersvoorzieningen. Hierop is in de rapportage naar aanleiding van de evaluatie 1995 reeds ingegaan. Mochten ontwikkelingen hiertoe aanleiding geven, dan zullen bij volgende evaluaties nieuwe voorstellen tot kostenbeheersing worden gedaan. 4. Consequenties: personeel Op de personele consequenties van de voorstellen is reeds ingegaan in ons voorstel naar aanleiding van de evaluatie in 1995. Daarbij was reeds uitgegaan van het voorgestelde draagkrachtbeleid, hetgeen impliceerde dat in ongeveer 80% van de gevallen geen draagkracht meer vastgesteld hoefde te worden. Inkomensonderzoek blijft echter noodzakelijk. Nu wij voorstellen de eigen bijdrage voor bruikleenhulpmiddelen ook voor de hogere inkomens af te schaffen, lijkt extra ruimte in de uitvoeringskosten te ontstaan. Op zich beschouwd is dat ook zo: de vaststelling van draag kracht is vanaf 1996 immers alleen nog relevant voor de vaststelling van de financiële tegemoetkomingen - inclusief de subsidie voor woningaanpassing - voor gehandicapten met een inkomen, hoger dan 1,5 maal het norminkomen. Daarbij moet echter aangetekend worden, dat in alle gevallen, behoudens bij aanvragen voor bruikleenhulpmiddelen, het inkomen vastgesteld moet worden. Beoordeeld moet immers worden, of het inkomen boven of onder de grens van 1,5 maal het norminkomen ligt. Bij de vaststelling van het inkomen wordt voortaan rekening gehouden met dezelfde correcties, die relevant zijn voor de vaststelling van de draagkracht, zodat in de uitvoeringskosten wat dat betreft weinig besparing optreedt. Anderzijds mag van het nieuwe beleid een aantrekkende werking worden verwacht2Per saldo wordt verwacht dat de ruimte die ontstaat onvoldoende zal zijn om aan de grotere vraag te voldoen. Een dergelijke ontwikkeling moet echter nog concreet blijken. Hieraan zal bij de eerstvolgende evalua tie aandacht worden besteed. 5Communicatie Het voorstel is besproken met vertegenwoordigers van (organisaties van) gehandicapten en ouderen, verenigd in de Begeleidingscommissie Wvg. Deze commissie kan zich met het voorstel verenigen. Na bijstelling van de regels zullen uitgebreide voorlichtingsactiviteiten worden ondernomen. Daarbij zal speciale aandacht worden besteed aan voorlichting aan ouderen. De activiteiten zullen niet beperkt blijven tot schriftelijke middelen (brochure, folders, mailings, nieuwsbrief, publica ties) Ook van audio-visuele middelen zal gebruik worden gemaakt. Daarbij is reeds voorzien in een telefonische 'vraagbaak', middels het nieuwe voice-responsesysteem van Sociale Zaken. Beoogd wordt om daarnaast voor lichtingsbijeenkomsten te verzorgen, zowel direct aan de doelgroepen, als aan intermediairen 6. Commissiebehandeling De commissie Sociale zaken, Arbeidsmarktbeleid en Welzijn kan zich met het voorstel verenigen. 2 Bij de evaluatie in 1995 bleek dat in sommige gevallen gehandicapten van hun aanvraag afzagen, nadat hen het bedrag van de eigen bijdrage gebleken was. 4

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 419