7
Raadsvoorstel vervolg/72
De hoogte van de bijdrage
Bij de vaststelling van de hoogte van de gemeentelijke financiële
bijdrage ten behoeve van de volkshuisvestelijke doelstelling zijn de
volgende uitgangspunten gehanteerd:
de gemeente en woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda leveren
beide een inspanning om het in deze projectovereenkomst vastgelegde
programma en doelen te realiseren;
de gemeente draagt de kosten van de herinrichting van de openbare
ruimte;
de financiële continuïteit van woningbouwvereniging Volkshuisvesting
Breda mag niet in gevaar komen;
de gemeentelijke bijdrage sluit aan op de methodiek die bij de
verdeling van BWS '95-gelden is gehanteerd; een bijdrage van
17.500,- voor een woning met een aanvangshuur van maximaal 672,-
per maand;
om een aanvangshuur van 600,- per maand (voor 91 woningen, prijs
peil 1-8-1995) te realiseren wordt van gemeentewege een extra
bijdrage van 6.000,- per woning beschikbaar gesteld (maximaal 175
woningen)
Woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda zal, door standaardisatie,
door wijzigingen in de rolverdeling tussen opdrachtgever en aannemer
en door eigen inkoop, de bouwkosten van de nieuwe woningen substan
tieel (ca 15.000,- per woning voor de referentiewoning) kunnen
verlagen. Op deze wijze levert ook woningbouwvereniging Volkshuisves
ting Breda een bijdrage in het realiseren van de huurdoelstellingen,
nl. het realiseren van woningen met huren van 600,- prijspeil 1-8-
1995) dan wel bij oplevering beneden de fiatteringsgrens IHS.
Woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda staat onder BBSH (besluit
beheer sociale huursector)-toezicht van de gemeente Breda en de rijks
overheid én onder toezicht van het Centraal Fonds van de Volkshuisves
ting. De financiële saneringsafspraken en de financiële continuïteit
van woningbouwvereniging Volkshuisvesting Breda komen door de in deze
overeenkomst vastgelegde afspraken niet in gevaar.
Precedentwerking
De afspraken zoals in de projectovereenkomst Westeinde, Kastanjeplein
en Talmastraat vastgelegd, hebben betrekking op het programma sloop en
vervanging voor de periode 1995 t/m 1997. Voor de periode na 1997 zal
opnieuw een programma sloop en vervanging, b.v. voor de periode 1998
t/m 2005 kunnen worden opgesteld. Aan de in deze projectovereenkomst
vastgelegde afspraken kunnen naar toekomstige programma's sloop en
vervanging geen rechten worden ontleend.
Toekomstig beheer