5
Raadsvoorstel vervolg/ 91
In de gepresenteerde ontwikkelingsvisie wordt op overtuigende wijze de
campusvisie tot uitdrukking gebracht: de openheid, transparantie en
positionering van bouwmassa's leiden tot een helder stedebouwkundig
plan, wat als zodanig een welkome aanvulling vormt op de totaalkwali
teit van de bredase binnenstad.
Dit resultaat is bereikt ondanks het feit dat de stedebouwkundige
opgave ten opzichte van de competitie veel moeilijker is geworden:
immers, de randen aan de Vierwindenstraat, de Keizerstraat en de Oude
Vest/ Kloosterplein staan onder druk van een intensivering van het
programma van de onderscheiden onderdelen (PARA, Museum, uitbreiding
de Keyser, Beeldenaarlocatie, Kloosterkazerne). Daarnaast dienen meer
woningen op een kleiner areaal gerealiseerd te worden in verband met
programmatisch bepaalde budgettaire neutraliteit.
De oplossing voor de ingewikkelde rand, waar de aansluiting met de
bestaande binnenstad plaatsvindt, dwingt respect af.
Het Klooster, het Nonnenveld en het Museum maken in het ontwerp nu een
natuurlijk onderdeel uit van de campus en krijgen daarin ook hun
ruimte. Ook de gebouwen langs de Claudius Prinsenlaan, de Stadskanto
ren en het Chassé Theater, krijgen in dit concept een zekere meerwaar
de als onderdeel van het geheel.
Via een vernieuwende vormentaal en een brede schakering aan woonvormen
en woonmilieus wordt op boeiende wijze inhoud gegeven aan het midden
gebied, waarbij een gedifferentieerde functionele invulling van de
begane grond borg staat voor een gewenste levendige multi-functionali-
teit in dit gedeelte van de bredase binnenstad.
De verschillende bouwhoogten, in combinatie met de bijzondere en
functionele vormen, onderstrepen het veelkleurige en stedelijke
karakter van dit nieuwe woongebied in de binnenstad. Het voorstel van
de ontwikkelcombinatie voor de samenstelling van het ontwerpteam ten
behoeve van de voorlopig ontwerp fase is in die zin ook veelbelovend.
Geconstateerd moet worden dat ondanks de noodzakelijke verdichting van
het programma veel bestaande waardevolle elementen ter ondersteuning
van de conceptuele hoofdlijn zijn ingezet en als zodanig worden
opgenomen in het stedelijk weefsel.
Zo is praktisch al het bestaande groen op het terrein gerespecteerd
(inclusief de bomen aan de Keizerstraat).
De bestaande woonbebouwing aan het Nonnenveld wordt als onderdeel
opgenomen in de campus, in samenhang met de herontwikkeling van de
Beeldenaar-locatie. De officiersmess blijft, met uitzondering van de
later toegevoegde 'kop' aan de zijde van het van Coorthplein, gehand
haafd ten behoeve van de functie PARA.
Het hoofdgebouw van de kazerne komt via het respecteren en verruimen
van het Museumplein (zicht vanaf de singel) en de toevoeging aan de
zijde van de Keizerstraat goed tot zijn recht.
De sloop van de "korte" stallen en de lage bebouwing bij het Nonnen
veld hangt nauw samen met het programma en de logistiek van de Kloos-