2
Raadsvoorstel vervolg/ 107
dat vooral bestaat uit de buurten Heuvel en Princenhage. Deze basisge-
neratie-gegevens worden gerelateerd aan verwachtingen ten aanzien van
de belangstelling voor het volgen van basisonderwijs op met name de
openbare scholen De Haeghe en Heusdenhout. Dat leidt dan vervolgens
tot prognoses met betrekking tot gewogen en ongewogen leerlingenaan
tallen, waarmee tevens ook de lokalenbehoefte is bepaald. Op grond van
al deze gegevens wordt o.a. het volgende geconcludeerd: "De schoolbe
volking van obs De Haeghe is sterk gedaald (meer dan gehalveerd) De
laatste jaren is zij vrij stabiel. De daling van het leerlingenaantal
is het gevolg van minder leerlingen uit de eigen buurt (Princenhage)
De schoolbevolking zal de komende jaren weer een weinig toenemen, maar
niet voldoende om als zelfstandige onderwijslocatie te kunnen (blij
ven) voortbestaan."
De Wet op het basisonderwijs geeft aan, dat een school onder de
opheffingsnorm onder bepaalde voorwaarden in stand kan worden gehou
den. Het gaat daarbij dan o.a. om een enige school van een richting
(artikel 107)de gemiddelde schoolgrootte-systematiek (artikel 107d)
en de vorming en instandhouding van een nevenvestiging (artikel 63b en
107e) De mogelijkheden in deze zijn onderzocht, maar er wordt niet
voldaan aan de voorwaarden waaronder De Haeghe in stand zou kunnen
worden gehouden. Dat leidt tot de conclusie, dat alleen een fusie met
de basisschool Heusdenhout een vestiging van openbaar onderwijs in
Princenhage voorlopig in stand kan houden.
Krachtens artikel 22 van het 'Reglement voor de medezeggenschapsraad
in het openbare basis- en speciaal onderwijs in de gemeente Breda' en
artikel 11 van het 'Reglement voor de gemeenschappelijke medezeggen
schapsraad in het openbaar basis- en speciaal onderwijs in de gemeente
Breda' moeten respectievelijk de Medezeggenschapsraad(MR) en de
Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad(GMR) in de gelegenheid worden
gesteld om advies uit te brengen over de door het bevoegde gezag
voorgenomen besluiten met betrekking tot o.a. een fusie van de school
met een andere school. De beide MR's en de GMR hebben een positief
advies uitgebracht (zie bijlagen)
Krachtens de artikelen 23 en 24 van het MR-Reglement en de artikelen
12 en 13 van het GMR-reglement heeft het bevoegde gezag de instemming
nodig van de personeelsgeledingen en de oudergeledingen van respectie
velijk de MR en de GMR met betrekking tot de regeling van de gevolgen
voor respectievelijk het personeel en de ouders/leerlingen van een
besluit met betrekking tot o.a. een fusie van een school met een
andere school. De personeels- en oudergeledingen van beide MR's en de
GMR hebben in deze hun instemming betuigd.
Consequenties
juridisch: beide scholen worden gefuseerd.
