Gemeente Breda
Raadsvoorstel 1996/ 115
Registratienummer 966502112
Dienst/afdeling conc/b&b
Aantal bijlagen één
Betreft: Wijziging vergoeding commissieleden.
Inleiding
Uw raad stelde op 26 januari 1995 de "Verordening vergoeding en tege
moetkoming kosten raads- en commissieleden 1995"* vast. De vergoeding
aan commissieleden, geen raadslid zijnde, werd voor het bijwonen van
een vergadering van de vaste commissie van advies en bijstand aan
burgemeester en wethouders, waarvan zij deel uitmaken, gesteld op f.
100,per vergadering.
Voorstel
1. De vergoeding aan commissieleden, geen raadslid zijnde te verhogen
tot f. 176,per vergadering van de commissie, waarvan zij
deeluitmaken, zijnde 100% van het bedrag, dat jaarlijks door de
minister van Binnenlandse Zaken wordt vastgesteld.
2Deze verhoging met terugwerkende kracht te doen ingaan vanaf 1
januari 1996.
3. Artikel 3 van de "Verordening vergoeding en tegemoetkoming kosten
raads- en commissieleden 1995"** in overeenstemming te brengen met
het onder punt 1 en 2 gestelde volgens bijgevoegd concept.
Motivering/Toelichting
De vergoeding van leden van gemeentelijke commissies als bedoeld in de
artikelen 82 of 92 van de Gemeentewet is bij schrijven van 7 november
1995 van de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken voor gemeenten met
een inwonertal van 100.001 - 2 50.000 inwoners vastgesteld op maximum
f. 176,per vergadering en dit per 1 januari 1996.
In Breda gold op dat moment t.w. 7 november 1995 een vergoeding van
f. 100,per vergadering; een bedrag dat tot op heden niet is gewij
zigd c.q. aangepast.
In het fraktievoorzittersoverleg van 18 januari 1996 en 14 maart 1996
zijn vragen gesteld m.b.t. de hoogte van de vergoeding voor commissie
leden, geen raadslid zijnde.
Naar aanleiding van deze vragen hebben wij een onderzoek doen instel
len naar de hoogte van de vergoedingen in met Breda vergelijkbare
gemeenten t.w. Eindhoven, Tilburg, Enschede, Groningen, Haarlem,
Maastricht, Nijmegen en Zwolle. Uit dit onderzoek bleek o.m. dat in 6