Eenmalige bijdrageregeling Stadseconomie Grote Steden Beleid nr. GSB/386, d.d. 15-12-1995 De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken, nr. J. Kohnstamm, handelende in overeenstemming met de Minister van Financiën en de Staatssecretaris van Economische Zaken: Besluit: Artikel 1 In verband met de uitvoering van de convenanten die op 12 juli 1S95 respectievelijk 30 oktober 1995 zijn gesloten tussen het Rijk en de grote steden, wordt aan de betrokken gemeenten gezamenlijk een eenmalige bijdrage van maximaal 100 min uitgekeerd. Artikel 2 De bijdrage heeft ten doel de realisering van projecten die de stadseconomie versterken en de werkgelegenheid bevorderen. Artikel 3 De bijdrage wordt als volgt over de betrokken gemeenten verdeeld, waarbij de genoemde bedragen als maximum gelden. a. f 60 min voor de gemeenten Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht, als volgt te verdelen: Amsterdam f 22.500.000 Rotterdam f 17.100.000 Den Haag f 13.200.000 Utrecht f 7.200.000 b. f 40 min voor de overige gemeenten, als volgt te verdelen: Eindhoven f 4.534.000 Helmond f 1.626.442 Groningen f 3.850.573 Tilburg f 3.776.338 Enschede f 3.158.097 Nijmegen f 3.545.335 Arnhem f 3.160.470 Breda f 2.898.450 Maastricht f 2.624.100 Zwolle f 2.097.142 Den Bosch f 2.385.309 Leeuwarden f 1.956.481 Hengelo f 1.486.540 Deventer f 1.483.119 Almelo f 1.417.606 Artikel 4 De in artikel 3 genoemde bedragen worden uiterlijk 31 december 1995 bij wijze van voorschot ter beschikking van de gemeenten gesteld. Artikel 5

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 836