beknopt verslag
van het overleg tussen wethouder Gielen en de
bestuurscommissie openbaar basis- en speciaal onderwijs (BC)
over de overdracht van De Schakel aan de Hubertus
Ernststichting (HES)
de dato 15 april 1996
aanwezig
wethouder J. Gielen, H. Keesenberg (Landelijk Procesmanagement
WSNS)
namens BC: A. Boeker, F. de Keyser, J. van den Born,
A. van de Ven
namens gemeente: J. Blaauw, A. van Eil
De wethouder heet de aanwezigen welkom. Hij deelt mede dat hij
het advies terzake op 8 mei in de raadscommissie OCE zal
bespreken. Het college heeft nog niet besloten over de
procedurele gang van zaken. Wellicht zal het onderwerp zonder
collegevoorstel worden besproken. Dat houdt in dat het advies
van de BC rechtstreeks aan de commissie OCE wordt voorgelegd.
De wethouder maakt melding van de verschillende
adhesiebetuigingen die zijn ontvangen en tekent hierbij aan te
er rekening mee te houden dat er ook reakties komen waarin
juist het tegenovergestelde wordt geadviseerd.
Tot slot merkt de wethouder op veel waarde te hechten aan het
advies van de heer Keesenberg.
Op de vraag van de wethouder hoe breed het overleg was dat
door de BC is geadviseerd antwoordt deze dat in december 1995
uitvoerig is besproken met de bestuurscommissie openbaar
voortgezet (speciaal) onderwijs. Dit overleg was bedoeld om
toelichting te geven op het standpunt. De bestuurscommissie
voortgezet onderwijs heeft dit voor kennisgeving aangenomen.
Ook binnen het openbaar basisonderwijs is uitvoerig overleg
gevoerd. Dat heeft geleid tot een positief advies van de
gezamenlijke medezeggenschapsraad (GMR)
De directies van de openbare basisscholen zijn op hun verzoek
uitvoerig ingelicht over de argumenten die ten grondslag
liggen aan het advies.
Desgevraagd antwoordt de BC dat het argument van de
noodzakelijk schoolgrootte het belangrijkste is: De totale
omvang van het speciaal onderwijs zal behoorlijk verminderen.
Desondanks wil men de Schakel verbreed toegankelijk maken. Dat
betekent dat er kindplaatsen van andere (RK-SO-scholen moeten
worden overgeheveld. Deze mogelijkheid is slechts haalbaar bij
bestuurlijke overdracht.
De heer Van Eil merkt op dat er z.i. verschil is tussen
theorie (organogram) en praktijk (één SO-school die is
gehuisvest op twee lokaties)Volgens de BC zal de school op
de lokatie Haagse Beemden echter vanaf 1 augustus 1997
toegankelijk zijn voor zowel LOM- als MLK-leerlingen
De heer Keesenberg benadrukt dat zijn belang niet ligt bij een
denominatie maar bij een goede zorgstructuur in geheel Breda.
Hij merkt op dat deze structuur uitgangspunt moet zijn en niet
het bestuurlijke model. Naar zijn mening zijn er verschillende
modellen in den lande in gebruik.