4
Raadsvoorstel vervolg/ 170
De maatschappelijke opvang wordt, gezien de specifieke situatie
(regionale en/of landelijke functie èn de financieringsgrondslag
(vanuit het rijk via de TWSSV naar de centrumgemeenten) buiten deze
opsomming gehouden.
De door instellingen geraamde kosten van de CAO Welzijn in de
praktijk aanzienlijk lager uit te vallen, dit mede dank zij de door
hen gepleegde inspanningen. Over 1997 bedragen deze ca. 447.000 in
plaats van de oorspronkelijk door de instellingen, op basis van
'zwarte scenario's', geraamde ca. 1.300.000. Aangevuld met de loon-
en prijsontwikkeling voor de zwembaden bedraagt de claim 527.000.
het niet via interne maatregelen binnen de onderscheidene instellin
gen op te vangen tekort over 1996 bedraagt in totaal 111.000,
onderverdeeld over:
IMW: 42.000
SOB: 65.000
Vrijwilligerscentrale4.000
het niet via interne maatregelen binnen de onderscheidene instellin
gen op te vangen tekort over 1997 bedraagt in totaal 527.000,
onderverdeeld over:
COKB93.000
IMW: 115.000
SOB: 120.000
Vertizontaal113.000
Vrijwilligerscentrale6.000
Zwembaden: 80.00 0
de uitkomsten 1998 zijn nog ongewis. Aspecten zijn onder meer de
herbezetting ADV (tijd voor geld e.d.) en de hoogte van de stijging
van de uitkering uit het Gemeentefonds versus de effecten van CAO-
ontwikkelingen en de mogelijk nog door de instellingen te treffen
maatregelen.
Met betrekking tot de Maatschappelijke opvang is er sprake van een
bijzondere situatie.
De betreffende instellingen, 't Koetshuis, de Gaarshof, 't Vluchtheu-
veltje en Valkenhorst, worden momenteel uitsluitend gesubsidieerd op
basis van de TWSSV-middelen. Dat houdt in dat er geen 'autonoom
gemeentelijk geld' wordt ingezet ten behoeve van deze instellingen.
Alle vier deze instellingen hebben vooral een (boven-regionale
functie waarbij het Koetshuis qua cliënten nog de meeste binding heeft
met stad en regio. Een gedeelte van dit TWSSV-geld is overigens
ingezet ten behoeve van de financiering van de ambtelijke capaciteit
die benodigd werd bij de overdracht van taken van het rijk naar de
gemeente Breda. Daarnaast bekostigen beide eerstgenoemde instellingen
een deel van de coördinatiekosten van 'Opstap/passantenverblijf'
Momenteel bestaat er nog geen inzicht in de wijze waarop en tot hoever