Gemeente Breda Initiatiefraadsvoorstel ex art. 15 RVO.
van B.P. Croft-Mittelmeijer
Registratienummer: 1997/9/25
Dienst afdeling
Aantal bijlagen:
Betreft: Het vaststellen van een beleid ten aanzien van benoemingen van
ambtenaren.
Inleiding
Reeds vele jaren is er binnen de gemeente Breda een moeizame situatie ten aanzien van
ambtenaren die om wat voor een reden ook niet meer passen binnen de dienst.
Het niet passend zijn kan te wijten zijn aan andere beleidsvisie welke betreffende
ambtenaar heeft, welke strijdig is met vastgesteld beleid van de gemeente Breda waaraan
de ambtenaar zich niet wil conformeren.
Tevens is het mogelijk dat ambtenaren na enkele jaren blijken niet (meer) geschikt te zijn
voor hun functie. Daarnaast kan de werkverhouding danig zijn verstoord waardoor er geen
vertrouwen meer gesteld kan worden in een ambtenaar.
Uiteraard zijn er nog meer voorbeelden te noemen van redenen waarom men niet meer
past binnen de dienst.
B.P. Croft-Mittelmeijer stelt U voor een beleidsnota te doen samenstellen welke een
duidelijk beeld dient te scheppen van alle vormen van "niet passend zijn binnen de dienst".
Deze nota moet tevens inzicht geven in de oorzaken hiervan alsmede de mogelijkheden die
de gemeente heeft om alsnog passende arbeid te bieden, dan wel om de
arbeidsovereenkomst te doen ontbinden.
Vooruitlopend op deze nota geeft de raad het college opdracht om met ingang van dit
raadsbesluit geen ambtenaren, welke niet meer passen binnen de dienst te benoemen op
andere functies, zeker indien deze nieuwe functies als bovenformatief zijn aan te merken,
niet zijn opgenomen in de begroting of onduidelijk zijn in functie-omschrijving.
Benoemingen die na dit besluit in werking zouden treden ongedaan te maken.
Voorstel
1. Opdracht te geven tot het samenstellen van een beleidsnota ten aanzien van alle vormen
van "niet meer passend zijn binnen de dienst" met inzicht in de oorzaken alsmede de
gevolgen hiervan voor de ambtenaren.
2. Het college op te dragen om met ingang van dit raadsbesluit geen ambtenaren, welke
niet meer passen binnen de dienst, te benoemen op andere functies.
3. Het college op te dragen benoemingen als omschreven bij punt 1, die na dit besluit in
werking zouden treden ongedaan te maken