Gemeente Breda
Raadsvoorstel vervolg/200
Op basis van deze tarieven wordt voor 1998 een netto-opbrengst geraamd van
29.703.000,00 aan eigenarenbelasting en 22.210.000,00 aan gebruikersbelasting.
Hierbij is rekening gehouden met een raming van 1.245.000,00 aan kwijtschelding en
oninbare posten.
ad 2Rioolrechten
In artikel 229, eerste lid, onder a. van de Gemeentewet is bepaald, dat ter zake van
het gebruik overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde ge
meentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onder
houd zijn, rechten geheven kunnen worden. Zo is het mogelijk om een gedeelte van de
kosten van de riolering via een rioolaansluitingsrecht en gedeelte via een riool-
af voerrecht te verhalen. Om moverende redenen is in de gemeente Breda een verorde
ning rioolrecht vastgesteld waarbij de totale kosten van de riolering via een riool-
af voerrecht worden verhaald op de gebruikers van eigendommen welke op de riolering
van de gemeente zijn aangesloten. Naar aanleiding van procedures bij de Hoge Raad en
bij het Hof van s-Gravenhage is onduidelijkheid ontstaan over de wijze van kosten
toerekening bij het rioolaansluitrecht en het rioolafvoerrechtWelke kosten mogen
in welk recht worden meegenomen? De Hoge Raad zal duidelijkheid moeten verschaffen
omtrent de vraag op welke wijze bij deze rechten de kostentoerekening moet plaats
vinden. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft in haar ledenbrief van 20
augustus 1997 voor deze problematiek aandacht gevraagd en heeft aangegeven dat
een oplossing voor deze problematiek nog niet kan worden gegeven.
In het 'Rioolbedrijfsplan 1994 - 1998' is beschreven op welke wijze de gemeente
Breda tot en met 1998 invulling geeft aan haar wettelijke zorgplicht voor de aanleg
en onderhoud van een goed functionerend rioolstelsel. In genoemd plan zijn voor de
genoemde jaren zowel de totale lasten met betrekking tot aanleg, beheer en onder
houd, verbetering en vervanging van het rioolstelsel alsmede de tarieven rioolrecht
geraamd
Uitgaande van de concept-begroting 1998 van de dienst Stadsbeheer worden voor 1998
de volgende lasten geraamd:
exploitatielasten 3.994.783,00
kapitaallasten f 7.839.923.00
Totaal 11.834.706,00
Het verschuldigde rioolrecht is afhankelijk van de hoeveelheid geloosd afvalwater.
Bij het uitgangspunt van kostendekkendheid dienen de tarieven voor 1998 voor onder
staande categorieën als volgt te worden vastgesteld:
bij een afgevoerde hoeveelheid afvalwater van:
a.
1
tot en met
500
m3
166,44
was
161,76
b.
501
tot en met
1.000
m3
323,40
was
307,92
c
1.001
tot en met
10.000
m3per m3
0,32
was
0,31
d.
10.001
of meer
per m3
0,29
was
0,28
Een van de uitgangspunten in het programakkoord is het kritisch volgen van de belas
tingdruk. Door het tarief rioolrecht voor huishoudens (categorie a., lozing tot 500
m3) voor 1998 niet te verhogen, kan aan dit uitgangspunt uitvoering worden gegeven.
Het tekort dat ontstaat tengevolge van het niet verhogen van bedoeld tarief kan
eenmalig worden gedekt uit de huidige reserve, zodanig dat een minimum reserve van
500.000,00 gehandhaafd blijft. Wij stellen voor het tarief voor huishoudens (cate
gorie a.) voor 1998 op 161,76 te handhaven.