Verrekening
Artikel 54
Indien een algemeen pensioen wordt toegekend of herzien over een tijdvak waarover
reeds pensioen werd betaald en dientengevolge te veel pensioen is betaald, kunnen
burgemeester en wethouders aan de Sociale Verzekeringsbank die het algemeen pensioen
heeft toegekend of herzien, verzoeken het te veel betaalde pensioen ten behoeve van
de gemeente in te houden op het algemeen pensioen, voor zover betrekking hebbende op
evengenoemd tijdvak.
Gemoedsbezwaren
Artikel 55
De bepalingen van deze paragraaf blijven buiten toepassing ten aanzien van degenen
die op grond van gemoedsbezwaren hun recht op algemeen pensioen niet geldend maken,
met dien verstande dat zij zo veel mogelijk overeenkomstige toepassingen vinden met
betrekking tot diegenen van evenbedoelden, die recht hebben op een uitkering als
bedoeld in artikel 48 van de Algemene Ouderdomswet.
HOOFDSTUK VI BEPALINGEN VAN ADMINISTRATIEVE AARD
Paragraaf 1 Tijdsberekening voor uitkering en pensioenen
Artikel 56
Voor zover de voor uitkering en pensioen in aanmerking komende tijd kalenderjaren of
kalendermaanden omvat, wordt deze tijd uitgedrukt in jaren onderscheidenlijk maanden
voor uitkering en pensioen in aanmerking komende tijd. De overige tijd wordt
uitgedrukt in gedeelten van jaren onderscheidenlijk gedeelten van maanden, waarbij
het jaar op 12 maanden en de maand op 3 0 dagen wordt gesteld.
Paragraaf la Financiële bepalingen
Aanpassing pensioenen aan algemene bezoldigingswijzigingen
Artikel 57
1. De wedde, bedoeld in artikel 18, of de pensioengrondslag bedoeld in de
artikelen 19 en 19a, behorende bij een pensioen als bedoeld in artikel 16
of bij een uitzicht op een pensioen bij het bereiken van de leeftijd van 65
jaar, worden telkens gewijzigd overeenkomstig een algemene
bezoldigingswijziging, teneinde een aan die algemene bezoldigingswijziging
evenredige aanpassing van het pensioen te bewerkstelligen.
2. Onder een algemene bezoldigingswijziging als bedoeld in het eerste lid
wordt verstaan een zodanige wijziging van een pensioen van een
gepensioneerde overheidswerknemer in de zin van de Wet privatisering ABP
die werkzaam is geweest in de sector Rijk.
3. Indien aan een gepensioneerde overheidswerknemer, als bedoeld in het tweede
lid, een eenmalige uitkering wordt toegekend, wordt aan degene die recht
heeft op een pensioen, als bedoeld in het eerste lid, overeenkomstig een
eenmalige uitkering toegekend.