Ontslag.
Artikel 22.
1. Het Algemeen Bestuur kan een lid van het Dagelijks Bestuur, dat zijn
vertrouwen niet meer bezit, als zodanig ontslag verlenen.
2. Artikel 50 van de Gemeentewet is daarop van overeenkomstige toepassing.
3. Het in dit artikel bepaalde geldt mede voor de voorzitter.
Inlichtingen van het bestuur aan de raden.
Artikel 23
Het Algemeen Bestuur, het Dagelijks Bestuur en de voorzitter verstrekken
aan de Raden de door een of meer leden van die Raden gevraagde inlichtingen
schriftelijk en zo spoedig mogelijk, voor zover dat niet in strijd is met
het algemeen belang.
Bestuurscommissie.
Artikel 24.
1. Het Algemeen Bestuur kan commissies instellen met het oog op de
behartiging van bepaalde belangen.
2. Het regelt alsdan de bevoegdheden en samenstelling.
3. Het Algemeen Bestuur gaat niet over tot het instellen van een commis
sie, bedoeld in het eerste lid, dan na verkregen verklaring van geen
bezwaar van de raad van elke deelnemende gemeente
Hoofdstuk IV. Personeel en organisatie.
Artikel 25.
Het Algemeen Bestuur van het openbaar lichaam voorziet in de ambtelijke
ondersteuning van het Algemeen Bestuur en het Dagelijks Bestuur.
Hoofdstuk V. Archief
Archief
Artikel 26.
Het Dagelijks Bestuur is belast met de zorg voor en het toezicht op de
bewaring en het beheer van de archiefbescheiden van het openbaar lichaam en
zijn organen, overeenkomstig de door het Algemeen Bestuur, met inachtneming
van de Archiefwet 1995, vast te stellen regelen.
Hoofdstuk VI. Financiële middelen.
Begroting.
Artikel 27.
1. Het begrotingsjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Het Dagelijks Bestuur biedt elk jaar een ontwerp-begroting van uitgaven
en inkomsten voor het volgende jaar aan.
3. Nadat aan het bepaalde in de leden 1 tot en met 3 van artikel 35 van de
Wet Gemeenschappelijke Regelingen is voldaan, stelt het Algemeen
Bestuur de begroting vast, uiterlijk op 1 juli voorafgaande aan het
jaar waarvoor deze geldt.
7