Gemeente Breda
Agendapuntnummer 1997/259
Raadsvoorstel 1997/
Registratienummer 13 97
Dienst/afdeling CON/APA
Aantal bijlagen
Betreft: Rechtspositieregeling van de buitengewoon ambtenaar burgerlijke stand van
de gemeente Breda 1997.
Inleiding
Gelet op het in de motivering beschrevene is het noodzakelijk een rechtsposi
tieregeling voor de bezoldigd buitengewoon ambtenaren van de burgerlijke stand vast
te stellen.
Voorstel
1 De Rechtspositieregeling van de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand
van de gemeente Breda 1997 vast te stellen als aangegeven in het bijgevoegde
concept-besluit
2 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda te machtigen deze
verordening te wijzigen indien en voor zover deze wijzigingen direct of indirect het
gevolg zijn van wijzigingen in de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling en de
Bredase uitwerkingsovereenkomst 1997.
Motivering/Toelichting
SOORTEN BUITENGEWOON AMBTENAREN BURGERLIJKE STAND
De gemeente Breda kent het instituut buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand
(BABS)In het Reglement op de burgerlijke stand is aangegeven welke categorieën
BABS men kent. Dit zijn honorair ambtenaren, die geen vergoeding krijgen, en
bezoldigde ambtenaren.
AANLEIDING
Naar aanleiding van met name een controle door het GAK begin 1996 is gebleken dat de
in het verleden gehanteerde methode van het uitbetalen van bruto vergoedingen en het
verantwoorden hiervan middels "verklikkersbriefjes" onjuist was. Door het GAK is
bepaald dat de bezoldigde BABS voor de toepassing van de sociale verzekeringswetten
was aan te merken als een gewone werknemer met een dienstverhouding, die gehouden
was zijn werkzaamheden persoonlijk te verrichten, en hiervoor loon ontving.
Op basis hiervan is besloten de betalingen aan de bezoldigde BABS te laten
plaatsvinden via de salarisadministratie.
AMBTENARENWET
Een ambtenaar van de burgerlijke stand wordt op grond van artikel 16 boek 1 van het
Burgerlijk Wetboek benoemd door het college. Op basis van de Ambtenarenwet dient
voor ambtenaren in de zin van de Amntenarenwet regels te worden vastgesteld
betreffende de rechtspositie.
