3
Raadsvoorstel vervolg/ 53
Zienswij zen
Met betrekking tot het besluit van het college van burgemeester en
wethouders zijn negen zienswijzen binnengekomen en wel van de volgende
personen c.q. bedrijven:
1. J.J.M. Akkermans-van Oijen, Bredaseweg 150, 4904 SC Oosterhout;
2. Akkermans Boomkwekerijen B.V. gevestigd Bredaseweg 150, 4904 SC
Oosterhout
3. W.J.P.M. Akkermans, Bredaseweg 150, 4904 SC Oosterhout;
4. W.J.P.M. Akkermans, Bredaseweg 150, 4904 SC Oosterhout;
5. A. van den Berg, Oosterhoutseweg 47, 4847 TB Teteringen;
6*. H.C. Joosen, Moleneind 27, 4847 CH Teteringen;
7. Missiehuis Sint Franciscus Xaverius, Oosterhoutseweg 114, 4847
DE Teteringen;
8. Stichting Zorgcentrum Zuiderhout, Oosterhoutseweg 114, 4847 DE
Teteringen;
9. C.A.F. van Beek, Galgestraat 1, 4 84 7 TE Teteringen.
Mondeling toegelicht in de commissie ECG van 26 februari 1997.
Betrokkenen konden tot 3 maart 1997 hun zienswijzen kenbaar maken. De
ingediende zienswijzen zijn tijdig ingediend en worden hierna samenge
vat weergegeven. Dit betekent niet dat die onderdelen van de zienswij
zen, die niet expliciet worden genoemd, niet in de beoordeling zijn
betrokken. De zienswijze is in zijn geheel beoordeeld.
De drie zienswijzen vernoemd onder nummers 1, 2, 3 en 4 van de familie
Akkermans ziin nagenoeg eensluidend.
Zienswii ze
Betrokkenen geven aan dat bedoelde grond in gebruik is als cultuur
grond bij boomkwekerij Akkermans B.V. en dat deze gronden van essen
tieel belang zijn om vanuit economisch oogpunt een voldoende bedrijfs
omvang te kunnen garanderen. Zij stellen dat deze grond, gegeven de
schaarste aan geschikte cultuurgrond, niet vervangbaar is. Zij verzoe
ken daarom bij wijziging van het bestemmingsplan hiermede rekening te
houden en geven nu alvast aan bij een eventuele bestemmingswijziging
voor de bewuste percelen beroep te zullen aantekenen.
Reactie
In feite maken betrokken geen bezwaar tegen de vestiging van het
voorkeursrecht, doch geven zij al in dit stadium aan problemen en
bezwaren te hebben bij een wijziging van het bestemmingsplan voor de
betrokken percelen. Bij de planologische procedures komen deze ziens
wijzen verder aan de orde. Ingeval in de toekomst percelen aangekocht
worden geeft de Onteigeningswet aan dat dit dient te geschieden tegen
volledige vergoeding van de schade.