Gemeente Breda
Raadsvoorstel
Registratienummer
Dienst/afdeling
Aantal bijlagen
199~7/ 70
978000008
SAW/WLZ/WOA
1
Betreft: Verordening Kinderopvang
Inleiding
De gemeente Breda heeft de kwaliteitscriteria voor kindercentra
vastgelegd in de Verordening Kinderopvang Breda 1991. Deze verordening
is gebaseerd op de modelverordening die indertijd door de Vereniging
van Nederlandse Gemeenten is gepubliceerd.
Als gevolg van de inwerkingtreding van het Tijdelijk Besluit kwali-
teitsregels kinderopvang (AMvB; besluit 23 november 1995) en de
inwerkingtreding van de Algemene wet bestuursrecht, verdient deze
verordening enige aanpassing.
De eerder genoemde AMvB verplicht gemeenten de verordening vóór 1
januari 1997 aan de kwaliteitseisen hierin omschreven aan te passen.
Bijgevoegde verordening is d.d. 9 december 1996, onder nummer 12.038,
door het projectcollege conform vastgesteld, maar dient ter vaststel
ling aan de gemeenteraad voorgelegd te worden. De verordening is
aangevuld met een artikelsgewijze toelichting.
De Verordening Kinderopvang met aangehechte artikelsgewijze
toelichting vast stellen.
Motivering/Toelichting
De Verordening Kinderopvang is gebaseerd op de, door de Vereniging van
Nederlandse Gemeenten ontwikkelde en herziene modelverordening kinder
opvang
Verschillende wetten en besluiten liggen ten grondslag aan de herziene
Verordening Kinderopvang. De belangrijkste twee zijn de Welzijnswet
(voor de verschillende vormen van kinderopvang die in het Tijdelijk
Besluit kwaliteitsregels kinderopvang gedefinieerd zijn) en de Gemeen
tewet (voor peuterspeelzalen)Daarnaast is de Algemene wet bestuurs
recht van belang.
In de Verordening Kinderopvang is gekozen voor een vergunningenstel
sel. Dat wil zeggen dat een ieder die een voorziening voor kinderopang
houdt of wil houden, daarvoor bij het college van burgemeester en
wethouders een vergunning moet aanvragen.
Ter verkrijging van die vergunning moet de (toekomstige) houder aan
een aantal kwaliteitsvoorschriften voldoen. Deze voorschriften zijn
opgenomen in de verordening. Ze hebben betrekking op veiligheid en
hygiëne, brandveiligheid en pedagogische geschiktheid van de accommo
datie, normen voor groepsgrootte, aansprakelijkheids- en ongevallen
verzekering en vakbekwaamheid van de functionarissen. Het college van
Voorstel
V
