bijlage bij n
97
97/I/PD/0001
Bijl.1
Dhr. Mr. C.G.J. Rutten,
Voorzitter van Het Bestuurlijk
Overleg West-Brabant,
p/a Stadsgewest Breda,
Postbus 3215,
4800 DS BREDA.
Roosendaal, 2 januari 1997.
Geachte heer Rutten,
In mei 1995 werd besloten de discussie over een eventuele
fusie tussen het stadsgewest Breda en het streekgewest Weste
lijk Noord-Brabant voorlopig op te schorten. Aanleiding daar
toe vormde het gewijzigd rijksbeleid ten aanzien van de
vernieuwing van de bestuurlijke organisatie.
Het werd toen voor de hand liggend gevonden een fundamentele
discussie over de vormgeving van de intergemeentelijke samen
werking uit te stellen tot na de gemeentelijke herindeling.
Nu de gemeentelijke herindeling op 1 januari jl. een feit is
en het aantal gemeenten in West-Brabant is teruggebracht van
39 naar 18, is er alle aanleiding de discussie opnieuw op de
agenda te plaatsen. Dit klemt temeer omdat de nieuw gevormde
gemeente Zevenbergen in twee samenwerkingsgebieden is gele
gen. Dat is een situatie die alleen bij wijze van tijdelijke
oplossing acceptabel is.
Als burgemeesters van 5 grotere gemeenten in West-Brabant
zijn wij er van overtuigd dat intergemeentelijke samenwerking
ook na de herindeling nuttig en nodig is.
Daarom hebben wij de vrijheid genomen na te denken over de
meest wenselijke vormgeving van de intergemeentelijke samen
werking.
Uitgangspunt bij onze gedachtenwisseling vormde het landelijk
beleid, gericht op het versterken van de drie democratisch
gelegitimeerde bestuurslagen en de wetenschap, dat nu grotere
gemeenten zijn gevormd. Bovendien zal de samenwerking - meer
dan in het verleden - vorm gegeven moeten worden door de
gemeenten zelf.
Als vrucht van onze gedachtenwisseling hebben wij een notitie
opgesteld. Het doet ons genoegen U die notitie hierbij te
kunnen aanbieden.