Gemeente Breda
Raadsvoorstel 1997/-02
Registratienummer 978000090
Dienst/afdeling SAW/JZ
Aantal bijlagen -/-
Betreft: Instellen beroep ex. art 164, lid 3 Gemeentewet
Inleiding
Ingevolge art. 164 lid 3 Gemeentewet is het college van B W bevoegd
spoedshalve beroep in te stellen indien de raad dit in de eerstvolgen
de vergadering bekrachtigt.
Voorstel
1Het besluit van het college van B W tot het instellen van beroep
tegen de beschikking van de kantonrechter bij de Arrondissementsrecht
bank te Breda te bekrachtigen.
Motivering/Toelichting
Op 9 april 1997 heeft de kantonrechter te Breda bij uitspraaknr.
49766/BZ/96-309 besloten het door de gemeente Breda ingediende verzoek
tot vastlegging van de teruggevorderde bijstand tot een bedrag van
37.931,78 af te wijzen. De betreffende uitspraak is ter visie
gelegd
De motivering van de kantonrechter was daarbij dat bij de vaststelling
van de uitkering rekening is gehouden met deze inkomsten. De betrokke
ne heeft geen melding gemaakt van deze werkzaamheden en heeft daardoor
de inlichtingenplicht geschonden.
Gelet op de aard van de werkzaamheden dient de aan hem verstrekte
uitkering volledig te worden teruggevorderd.
De motivering van het besluit van de kantonrechter is niet juist en
daarom wordt Uw college voorgesteld beroep in te stellen tegen de
beschikking van de kantonrechter.
De beroepstermijn bedraagt 2 maanden (art. 345 lid 2 RV) Het beroep
dient voor 10 juni 1997 te worden ingesteld.
Ingevolge art. 164 lid 4 van de Gemeentewet dient Uw raad de beslis
sing van ons college tot het instellen van beroep in de eerstvolgende
vergadering te bekrachtigen.
Consequenties
Financieel