Gemeente Breda Raadsvoorstel 1997/^08 Registratienummer 978500061 Dienst/afdeling SB/proj Aantal bijlagen Betreft: Beschikbaar stellen van een krediet ad 200.000,-- t.b.v. aanvullende maatregelen in het Wilhelminapark en het aanwenden van 200.000,-- uit het Buitenruimteplan voor de aanleg van een vooroever in de vijvers van het park Inleiding In de raadsvergadering van 31 oktober 1996, hebt u een krediet ter beschikking gesteld met betrekking tot de sanering van de onderwa terbodem van de Wilhelminavi j versDe sanering 2.8 miljoen) wordt betaald door de provincie en het Hoogheemraadschap van West Brabant. De gemeente bekostigt het wegnemen van de verontreinigingsbronnen, zoals het vervangen van de beschoeiing en het aansluiten van de straatkolken op het riool. Daarnaast is 150.000,-- gereserveerd voor het aanbrengen van een permanente beluchting in de vijver. Omdat deze werkzaamheden nauw met elkaar zijn verbonden, is hiervoor één bestek opgesteld. De aanbesteding heeft in december 1996 plaatsge vonden In het hierboven genoemde raadsvoorstel is tevens gemeld dat nog een aantal kleine reconstructies in het park moeten worden uitgevoerd. Voorstel 1. Een bedrag van 200.000,-- van het reeds ter beschikking gestelde krediet van het Buitenruimteplan, onderdeel Stadsecologiete bestem men voor het ophogen van de vooroever (piasberm) 2. Een krediet van 200.000,-- ter beschikking te stellen voor de reconstructie van enkele onderdelen in het park, waaronder het terras aan de Paul Windhausenweg en het gebied rondom de "Poolse tank"; 2b. De aanleg van een permanente beluchting van de grote vijver uit te voeren in het kader van en ten laste van dit krediet; 3Het onder 2genoemde krediet te dekken uit de reserve herstructu rering Openbaar Groen, t.b.v. de reconstructie van het Wilhelminapark en de begroting van de dienst Stadsbeheer en het Concern dienovereen komstig te wijzigen. Motivering/Toelichting Stand van zaken sanering Tijdens de uitwerking van het bestek is gebleken dat de diepte van het water en dus de hoogte van de grondkerende constructie groter is dan in de kostenraming ten behoeve van de kredietaanvraag is berekend. In deze raming is uitgegaan van de standaardsituatie, zoals deze zich in de meeste stadsvijvers voordoet, t.w. een diepte langs de oever van 0.50m. De werkelijke diepte bedraagt echter l.OOrn. Vanwege de zeer beperkte voorbereidingstijd is geen intensief onderzoek gedaan naar de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 706