RAADSVOORSTEL vervolg /126 In 1997 zal nog geen groot financieel effect optreden; voor dit jaar worden de extra kosten geraamd op 18.000,- (10% van 180.000,-). Deze kosten kunnen binnen de begroting worden opgevangen. Voor 1998 wordt voor ongeveer 750.000,- een lagere inkomstenkorting verwacht. De extra kosten bedragen voor dit jaar dus 75.000,- (10%). Vanaf 1999 worden de extra kosten (ten opzichte van 1997) voorlopig geraamd op 221.000,-, bij een gemeentelijk aandeel in de bijstandskosten van 22%. Overigens verwachten wij dat van de nieuwe regeling ook een stimulerende werking voor het aanvaarden van deeltijdarbeid zal uitgaan, waardoor het gemiddeld bedrag van inkomsten op termijn weer zal stijgen, waardoor de kostenontwikkeling weer wordt geremd (zie bijlage) Tegenover deze extra kosten staan geen extra baten: het Rijk voegt geen middelen toe. Het ministerie van SZW gaat er van uit het nieuwe beleid geen echte meerkosten voorvloeien. Het Rijk vertrouwt er op, dat extra kosten, die uit het eigen gemeentelijke beleid voortvloeien, binnen het reeds gedecentraliseerde incentivebudget3 kunnen worden opgevangen. Voor de korte termijn komt dit redelijk overeen met onze verwachtingen: de besparing aan uitstroompremies over 1998 wordt geraamd op 71.000,-. Hierdoor zouden de extra kosten naar verwachting voor 95% (71.000,- van 75.000,-) kunnen worden opgevangen. De middelen voor uitstrocmpremies zijn voor 1997 nog opgenomen in het Fonds sociale vernieuwing. Vanaf 1998 gaan deze middelen, met de (verwachte) inwerkingtreding van de Wet inschakeling werkzoekenden (WIW) op in het gemeentelijk WIW-fonds. Deze nieuwe wet is gericht op het bundelen van afzonderlijke geldstromen (JWG, banenpool, Melkert-regelingen, uitstroomincentive) in één gemeentelijk 'werkfonds'. De parlementaire behandeling van de wet is nog niet afgerond; alle consequenties zijn op dit moment dus nog niet duidelijk. Duidelijk is wel, dat de financiële conse quenties van dit voorstel betrokken dienen te werden bij het bestemmen van de middelen, waarover de gemeente in het kader van de WIW zal beschikken. De geraamde besparing op de premieuitgaven 1997 is reeds aangewend ter dekking van projectkosten in verband met uitstroom (Centrum voor werk en inkomen) dit is recentelijk aan uw raad gemeld. Vanaf 1999 zal de verhou ding tussen kosten in verband met vrijlating en besparing op premies wezenlijk veranderen, met de wijziging van de financieringssystematiek van de algemene bijstand. De financiële consequenties van ons voorstel zullen vanaf 1998 worden betrokken bij de raming van de uitgaven gemeentelijke aandeel algemene bijstand. Gelet op de verandering in de financiering vanaf 1999, zullen wij vanaf dat jaar de meerkosten van dit beleid betrekken bij het opstellen van de begroting voor het gemeentelijk aandeel algemene bijstand. Alsdan zal ook bezien worden, in hoeverre een structurele belasting van de WIW- middelen noodzakelijk is. COMMUNICATIE Voorlichting over de wijziging van de wet en het daaruit voortvloeiende gemeentelijke beleid is opgenomen in het communicatieprogramma van Sociale Zaken. Langs verschillende media wordt de stad in kennis gesteld van de nieuwe mogelijkheden. Gerichte informatie wordt uitgezet bij intermediai- ren. Cliënten van Sociale Zaken ontvangen via directe mailing informatie (Nieuwsbrief Uw Sociale Zaken) 3 Dit is het budget waaruit de uitstroompremies worden bekostigd. Deze middelen zijn bij de afschaffing van de vrijlatingsregeling in 1994 aan gemeenten overgedragen en sindsdien opgenomen in het Fonds sociale vernieu wing. 4

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1997 | | pagina 839