Gemeente Breda
Gewijzigd raadsvoorstel
Raadsvoorstel 1997/
Registratienummer 977000396
Dienst/afdeling RME/VASTG
Aantal bijlagen
Betreft: vestiging voorkeursrecht Steenakker-Noord
Inleiding
Bij wet van 4 juli 1996 is de Wet voorkeursrecht gemeenten aangepast
in die zin, dat de wet niet enkel geldt voor stadsvernieuwingsgebieden
maar ook voor uitbreidingsgebieden met een groeitaak.
Genoemde wetsaanpassing biedt gemeenten de mogelijkheid gronden,
waaraan een niet agrarische bestemming is toegedacht en waarvan het
bestaande gebruik afwijkt van de toegedachte bestemming, onder de
werkingssfeer van Wet voorkeursrecht gemeenten te brengen. Zulks
betekent dat eigenaren en zakelijk gerechtigden van de aangewezen
gronden worden verplicht bij voorgenomen vervreemding hun rechten
eerst aan de gemeente te koop aan te bieden.
Momenteel wordt voor het gebied Steenakker-Noord een ontwerp-bestem-
mingsplan voorbereid. Dit gebied was opgenomen in het bestemmingsplan
Heilaar-Steenakker, hetgeen door uw raad is vastgesteld op 24 septem
ber 1992 en gedeeltelijk goedgekeurd door GS op 10 mei 1993. Bij
uitspraak van de Kroon d.d. 22 augustus 1996 is aan gedeelten van het
plan Heilaar-Steenakker alsnog goedkeuring onthouden.
Gelet op voornoemde uitspraak van de Kroon en de noodzakelijke aanpas
singen in verband met de vestiging van het NAC-stadion zal een geheel
nieuw bestemmingsplan voor het gebied Steenakker-Noord in procedure
worden gebracht. Vooruitlopend op het ontwerp-bestemmingsplan is een
stedebouwkundige structuurvisie (d.d. november 1996) ontwikkeld.
Ingevolge de structuurvisie verkrijgt het gebied hoofdzakelijk een
bedrijfsbestemming (daaronder begrepen een PDV-vestiging) en een
beperkte woonbestemming.
Ten behoeve van de realisering van het toekomstig bestemmingsplan zijn
reeds een aantal eigendommen verworven. Voor zover bekend zijn in het
gebied nog geen ontwikkelaars actief. Het is echter niet uitgesloten
dat derden zich op de markt zullen begeven voor enkele interessante
lokaties in het gebied.
Belangrijke nadelen hiervan kunnen zijn een prijsopdrijvende werking,
vertraging in de realisering en vermindering van de invloed van de
gemeente op de kwaliteit van het plan.
Te besluiten de percelen die zijn aangegeven op de bij dit besluit
behorende lijst en kadastrale kaarten aan te wijzen als gronden waarop
de artikelen 10 t/m 24, 26 en 27 Wet voorkeursrecht gemeenten van
toepassing zijn een en ander conform het bij dit voorstel behorende
concept-raadsbesluit
Voorstel
