Gemeente Breda Raadsvoorstel vervolg Registratienummer 4459 Mo tivering/Toelichting Zoals reeds gesteld heeft de gemeente Breda op basis van de uitgebreide Wet voorkeursrecht gemeenten de mogelijkheid een voorkeursrecht te vestigen op gronden waaraan een niet-agrarische bestemming is toegedacht en waarvan het bestaande gebruik afwijkt van de toegedachte bestemming. Ingevolge het voorontwerp bestemmingsplan Adriaan Klaassenstraat van juni 1998 verkrijgt een belangrijk gedeelte van de in dit gebied gelegen gronden een niet- agrarische bestemming. De gronden zijn hierin bestemd voor woningbouw, openbaar groen, infrastructuur en bedrijven. Wij zijn van mening dat dit gebied in aanmerking komt om bedoeld voornoemd voorkeursrecht van toepassing te verklaren. Artikel 8a van de Wet voorkeursrecht gemeenten biedt ons college de mogelijkheid een voorstel te doen aan uw raad tot het nemen van een besluit waarbij gronden worden aangewezen, waarvan de eigenaar c.q. de zakelijk gerechtigde bij vervreemding van zijn recht verplicht wordt dit recht eerst aan de gemeente aan te bieden. Op 4 augustus 1998 hebben wij besloten een dergelijk voorstel aan uw raad te doen. Ons besluit is op 7 augustus 1998 gepubliceerd in de Staatscourant en dagblad De Stem en op de gebruikelijke wijze (publikatiebord) Op grond van artikel 6 Wvg is deze wet met ingang van 8 augustus 1998 voor het gebied Adriaan Klaassenstraat van kracht. Alle rechthebbenden zijn door ons schriftelijk geïnformeerd. Belanghebbenden hebben de gelegenheid gehad tijdens de vergadering van de commissie Economische Zaken, WAM en Grondbedrijf van 9 september 1998, ter voldoening aan de hoorplicht van artikel 4:8 van de Algemene Wet Bestuursrecht, hun zienswijze tegen het ontwerp-raadsbesluit naar voren te brengen. Aangezien het ontwerp-bestemmingsplan Adriaan Klaassenstraat nog in voorbereiding is, is in dit geval gekozen voor een tijdelijk voorkeursrecht als bedoeld in artikel 8 Wvg met een werkingsduur van ten hoogste twee jaar. Om het voorkeursrecht definitief te vestigen zal binnen twee jaar het ontwerp-bestemmingsplan ter visie worden gelegd. De gemeenteraad dient binnen 8 weken na ons besluit tot het doen van het desbetreffende raadsvoorstel bedoelde gronden aan te wijzen. De bijbehorende lijsten van zakelijk-gerechtigden zijn hierbij geactualiseerd per de datum van inwerkingtreding van het voorkeursrecht, derhalve 8 augustus 1998. Voor de overige informatie met betrekking tot het voorkeursrecht verwijzen wij u naar de ter visie gelegd bijlage 1*, die eveneens is verzonden aan alle rechthebbenden Consequenties juridisch -2- w

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1998 | | pagina 1040